e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kinrooi

Overzicht

Gevonden: 2913
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zoom in de huif schuif: šȳǝf (Kinrooi) Open zoom in de huif, waardoor een koord loopt waarmee men de huif kan vastsjorren. [N 17, 75] I-13
zuchten kuimen: ky(3)̄mə (Kinrooi) zuchten [snokke] [N 10 (1961)] III-1-4
zuigfles melkfles: mèlkfles (Kinrooi) zuigfles; een fles met speen om zuigelingen met melk te voeden [teuter, lots, tutter, teuterfles] [N 115 (2003)] III-2-2
zuiveren vuil verliezen: vuil verliezen (Kinrooi) Afscheiding blijven geven na het kalven, gezegd van de koe. [N 3A, 58] I-11
zult, preskop preskop: preͅskop (Kinrooi) varkenskop die gekookt, gehakt en geperst wordt en in schalen of teilen wordt gemaakt; hoofdkaas [ZND 49 (1958)] III-2-3
zure oprisping zooi: də zōə (h)øbə (Kinrooi) oprisping hebben gepaard gaande met een zure smaak in de mond [opzuure] [N 10 (1961)] III-1-2
zuring, groente hondsribbe: honsrub (Kinrooi), zurkel: zurkel (Kinrooi), zuurmoes: zoormoos (Kinrooi), zourmous (Kinrooi) Zuring die als groente wordt gekweekt [N 14 (1962)] || Zuring, zurkel als groente gekweekt [Goossens 2c (1963)] I-7
zuur oprispen de zooi hebben: də zōə (h)øbə (Kinrooi) oprisping hebben gepaard gaande met een zure smaak in de mond [opzuure] [N 10 (1961)] III-1-2
zuurdeeg zuurdesem: zōwrdęjsǝm (Kinrooi) Door gisting verzuurd deeg, gebruikt als rijsmiddel om nieuw brood te maken. Het is overschot van het deeg dat de vorige keer is gebakken. Met zuurdeeg wordt roggebrood gebakken, terwijl voor witbrood brouwersgist wordt gebruikt. Het zuurdeeg wordt in een bepaalde vorm, meestal broodvorm, gekneed en aan de bovenkant van een gaatje voorzien waarin een handvol zout wordt gedaan. Ook maakt men met de vinger wel eens een kruisje waarop men dan zout strooit. Tot de volgende bakdag wordt het zuurdeeg in de baktrog of in een doek of pot of in de kelder bewaard. Voor het gebruik wordt de droge korst van het zuurdeeg afgesneden en de rest in warm water gebrokkeld en geweekt (Weyns blz. 45). [N 29, 23a; N 16, 75; N 29, 23b; L 1a-m; L 2, 21b; LB 2, 236; OB 2, 4; OB 2, 6; JG 1b add.; S 6; S 6 add.; monogr.] II-1
zuurdesem desem: Syst. Veldeke  deisem (Kinrooi), zuurdesem: Syst. Frings (?)  zōu̯rdeͅi̯səm (Kinrooi), Syst. Veldeke  zoordeisem (Kinrooi) Zuurdeeg, gebruikt i.p.v. gist (heevel?) [N 16 (1962)] III-2-3