e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kortessem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
mangel mangel: maŋəl (Kortessem) mangel III-2-1
manier manier: da¯s zoe mer ¯n menier van dóen: zo doe ik dat altijd  menier (Kortessem) manier III-1-4
manken manken: manke (Kortessem), mankepoot (zn.): mankepout (Kortessem), spanken: Afl. spankpout.  spanke (Kortessem), spankpoot (zn.): Afl. spankpout.  spankpout (Kortessem) manken || mankepoot III-1-2
mankeren mankeren: mankere (Kortessem), schelen: sjille (Kortessem) mankeren || schelen III-1-2
mannelijk kalf durenkalf: dȳrǝ[kalf] (Kortessem) [N 3A, 15; N C, 7a; JG 1a, 1b; A 9, 17a; Gwn V, 5a; monogr.] I-11
mannelijk schaap bok: bok (Kortessem), schaap: šoǝp (Kortessem), weer: wer (Kortessem), wēr (Kortessem) Het mannelijk schaap in het algemeen. Varianten van het woordtype hamel die voor "mannelijk schaap" zijn opgegeven, zijn naar het lemma ''gesneden mannelijk schaap'' (2.2.5) overgeheveld. [L 5, 30b; L 20, 22a; L 39, 44; L 6, 25; L B2, 319; JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 2, 46; A 4, 22a; Wi 12; AGV, m 3; R 3, 34; VLD; S, Q 105 add.; monogr.] I-12
mannelijke duif davon: Opm. v.d. invuller: is een mannelijke duif.  douvon (Kortessem), duifhoorn: doufon (Kortessem), hoorn: hoan (Kortessem), hō.n (Kortessem), Den hoön en de zij: Het mannetje en het wijfje van de duif.  hoön (Kortessem) Doffer. [Goossens 1b (1960)] || Duif, mannelijk. [ZND 39 (1942)] || Hoe heet de mannelijke duif? [N 93 (1983)] || Wat is de gewone dialectbenaming van de duif in het algemeen? [N 93 (1983)] III-3-2
mannelijke eend gaanderik: jonderik (Kortessem), weenderik: wi̯ōnǝrek (Kortessem), woerdel: wi̯˙ōdǝl (Kortessem) [GV, K 2; L 1a-m; L 3, 3; L 14, 18; JG 1a, 1b, 2c; S 18; NE II, 55; Vld.; A 6, add.; monogr.]woerd, mannetjeseend [ZND 01 (1922)] I-12, III-4-1
mannelijke eend, woerd jondrik: jondrik / goelegoelegoele (Kortessem), wenderik: wjōnərik (Kortessem) woerd: mannelijke eend. Hoe roept men eenden? [GV K (1935)] III-4-1
mannelijke gans gant: gou̯nt (Kortessem) [A 6, 5a; A 6, 5c; S 9; L 1a-m; L 1, 59; L 14, 20; JG 1a, 1b; monogr.] I-12