e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kortessem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stelen stelen: stiələ (Kortessem, ... ), stèile (Kortessem) stelen [ZND 25 (1937)] III-3-1
stempelen doppen: doppe (Kortessem) doppen, stempelen III-3-1
stenen pot, keulse pot kroeg: krux (Kortessem) een stenen pot (hard gebakken, blauwgrijs) [ZND 32 (1939)] III-2-1
stengel, steel stam: stam (Kortessem) Stengel, als deel van een plant. [JG 1a, 1b; monogr.] I-4
sterven doodgaan: doudgóun (Kortessem), inslapen: einsloöpe (Kortessem), sterven: sterve (Kortessem) overlijden || sterven III-2-2
stiefkinderen stiefkinder: stîefkeinger (Kortessem) stiefkinderen III-2-2
stiefmoeder stiefmoeder: stîefmojer (Kortessem) stiefmoeder III-2-2
stiefvader stiefvader: stîefvòder (Kortessem) stiefvader III-2-2
stier duur: dȳr (Kortessem), dȳǝr (Kortessem) Mannelijk, niet gecastreerd rund. [JG 1a, 1b; A 4, 12; Gwn V, 1; L 7, 46; L 14, 14; L 20, 12; R 3, 38; S 35; Wi 14; monogr.; add. uit N 3A, 15] I-11
stijfkop dikkop: ¯t is zoe nen dikkop: ¯t is zo¯n stijfkop, wringer  dikkop (Kortessem), keikop: kêkop (Kortessem) dikkop || koppige III-1-4