18010 |
flauwvallen |
kwalijk vallen:
kolək valə (Q074p Kortessem),
van zijn sus vallen:
van zenne sus (Q074p Kortessem)
|
hoe is of wordt iemand die een harde slag op het hoofd heeft gekregen (met een zinnetje antwoorden) ? [ZND 23 (1937)] || in bezwijming vallen [ZND B1 (1940sq)]
III-1-2
|
17989 |
flets |
flets:
flets gezich (Q074p Kortessem)
|
hij heeft een flets gezicht (bleekgeel, ziekelijk) [ZND 23 (1937)]
III-1-2
|
19288 |
flikflooien |
fletsen:
cf. Schuermans p. 127 s.v. "fletsen"2. pluimstrijken
fletse (Q074p Kortessem),
ook materiaal znd 23, 55
fletsen (Q074p Kortessem),
fleͅtsə (Q074p Kortessem),
flikflooien:
ook materiaal znd 23, 55
flikəflojə (Q074p Kortessem)
|
flikflooien [ZND 01 (1922)] || vleien
III-1-4
|
18912 |
flink; flinke persoon |
ferm:
ferm (Q074p Kortessem)
|
flink
III-1-4
|
18021 |
fluim |
fluim:
fluim (Q074p Kortessem),
flö:m (Q074p Kortessem),
flø͂ͅm (Q074p Kortessem),
flùim (Q074p Kortessem)
|
fluim [ZND 23 (1937)]
III-1-2
|
18289 |
fluwelen broek |
velours (fr.) broek:
en flūrə bruk (Q074p Kortessem, ...
Q074p Kortessem),
’n floere broek (Q074p Kortessem)
|
een fluwelen broek [ZND 23 (1937)]
III-1-3
|
33755 |
fokmerrie |
veulensmeer:
vø̄.lǝsmęr (Q074p Kortessem)
|
Een merrie geschikt voor de kweek of die één of meer veulens gehad heeft. Een kweekmeer werkt niet (Q 168), terwijl een veulensmeer ook in de kar loopt (Q 77). In tegenstelling tot een veulensmeer is een kweekmeer gewoonlijk drachtig. Kleinere boeren zorgen ervoor een veulensmeer te hebben, die jaarlijks een veulen werpt, waardoor elk jaar een aanspanner ter beschikking staat. [JG 1a, 1b; N 8, 50b]
I-9
|
34312 |
fokzeug |
baggenzoog:
bágǝzou̯.x (Q074p Kortessem),
drijfzoog:
drē̜.i̯fsou̯.x (Q074p Kortessem)
|
Zeug die men houdt om biggen te winnen. [JG 1a, 1b; N M, 22 add.; monogr.]
I-12
|
20143 |
fopspeen |
fots:
foets (Q074p Kortessem),
tet:
cf. WNT s.v. "tet"(eig. vrouwenborst, tepel) en de Afl. "tetten (= zuigen)
tet (Q074p Kortessem),
tut:
tut (Q074p Kortessem),
tutter:
tutter (Q074p Kortessem)
|
fopspeen
III-2-2
|
22880 |
fout in voetbal |
fool (<eng.):
Den arbitter floùt fool: De scheidsrechter floot voor n fout.
fool (Q074p Kortessem)
|
Fout.
III-3-2
|