e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kozen

Overzicht

Gevonden: 1014
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jong dat pluimen begint te krijgen duivelshaar: dy.vəlshoər (Kozen) Jong dat pluimen begint te krijgen. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
jong dat pluimen begint te krijgen (zn.) stoppelduif: stòpəldø͂ͅwf (Kozen) Jong dat pluimen begint te krijgen. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
jong varken kurre: kørǝ (Kozen), (mv)  kørǝn (Kozen) Jong varken in het algemeen. [N 19, 3; N C, add.; L 1a-m; L 3, 2b; L 37, 49a; NE I.12; NE 2.I.9; JG 1a, 1b, 2c; AGV KI; S 3; RND 46 en 84; Vld.; Wi 51; Gwn 5, 12; monogr.] I-12
jonge kip pul: pøl (Kozen) Bedoeld wordt de jonge kip die bijna aan de leg is of net legt. [N 19, 40d; R 14, 23b; R 3, 39; A6, 1b; JG 1a, 1b; L 1a-m; Gwn; Vld.; S 27, add.; monogr.] I-12
jood jood: jood, joden (Kozen, ... ) Een jood, twee joden, [ZND 27 1938)] || Een jood, twee joden. [ZND 27 1938)] III-3-1, III-3-3
kaal duivenjong kwakkenduif: kwakədø͂ͅwf (Kozen) Kaal duivejong. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
kaantjes kaaien: keui̯ə (Kozen), kyə (Kozen), kaaitjes: keui̯kəs (Kozen), kyəkəs (Kozen) Hoe heten de vetklonters, die overblijven, als runds of varkensvet wordt gesmolten? (kaan) [ZND 02 (1923)] || kanen [Goossens 1b (1960)] III-2-3
kachel, stoof stoof: stōf (Kozen, ... ) kachel, stoof [ZND 01 (1922)], [ZND 22 (1936)] III-2-1
kaf kaf: kǭf (Kozen) In dit lemma staan de varianten voor het kaf, de vliesjes of schutblaadjes van de graankorrels, bijeen. Het zit nog, te zamen met vreemd (met name onkruid-) zaad en slecht koren tussen het graan, wanneer het graan gedorst en uitgekamd is en moet ervan gescheiden worden door het wannen. Het type vlimmen (en hoogstwaarschijnlijk ook andere heteroniemen naast kaf) betekenen eigenlijk of ook "kafnaalden". Zie ook de lemma''s ''baard'' (1.3.7) en ''spikken'' (6.1.31). [N 14, 35a, 35b en 35c; JG 1a, 1b; L 1, a-m; L 27, 55; S 16; monogr.; add. uit N 14, 31] I-4
kalf kalf: kalǝf (Kozen) Jong rund, niet naar het geslacht onderscheiden. Zie afbeelding 3. Op de kaart is het woordtype kalf niet opgenomen. [N 3A, 15 en 20; JG 1a, 1b; Gwn V, 5, 5a en 5b; L 27, 56; R 12, 24; Wi 17; monogr.; add. uit N 3A, 4, 26a, 75a, 75b en 76; N C, 6, 7a, 7b, 8, 9a en 14b; A 9, 17a en17b; S 14] I-11