e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kunrade

Overzicht

Gevonden: 696
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
te communie gaan communiceren (<lat.): kommuneseere (Kunrade), te communie (<lat.) gaan: te kemunnie gao (Kunrade) Tot de communie gaan, ter communie gaan, te communie gaan, communiceren onder de mis [kómmeletseere?]. [N 96B (1989)] III-3-3
ten offer gaan ten offer gaan: ten offer gōā (Kunrade) De offergang maken, ten offer gaan. [N 96B (1989)] III-3-3
tetanus klem: klem (Kunrade) Tetanus: ziekte waarbij een verstijving van de spieren optreedt, die begint bij de kauwspieren en zich dan uitspreidt over de rompspieren (klem). [N 84 (1981)] III-1-2
tientje van de rozenkrans gesetz (du.): ee gezèts (Kunrade), tientje: e tiëentje (Kunrade) Een tientje van de Rozenkrans [n jezets?]. [N 96B (1989)] III-3-3
tocht, zuiging van lucht trek: trek (Kunrade) tocht, vrij sterke zuiging van de lucht door een beperkte ruimte heen [scheut, trek, zicht, jacht, trok] [N 81 (1980)] III-4-4
toestel waarin men kinderen leert lopen loopwagen: loopwááge (Kunrade) toestel waarin men kinderen leert lopen [lei, stuik, looprek, loopwagen, loopkorf, loopmand] [N 86 (1981)] III-2-2
tollen ronddraaien: ronddri-jne (Kunrade) Tollen: draaien als een tol (trijzelen, bollen). [N 84 (1981)] III-1-2
tong van een schoen tong: tong (Kunrade) een strookje leer tussen de kleppen van een schoen [tong, lipje] [N 86 (1981)] III-1-3
trant gang: gank (Kunrade) gang: Wijze van gaan (gang, trant). [N 84 (1981)] III-1-2
trappelen springen: sjpringe (Kunrade) Trappelen: in vlug tempo de voeten beurtelings oplichten en weer neerzetten (trappelen, trampelen, droebelen). [N 84 (1981)] III-1-2