e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kuringen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
middelste rongblok middelste romblok: medǝlstǝ romblǫk (Kuringen) Middelste van de drie rongblokken van een hoogkar of een wagen. De woordtypen pulm, pulf, pulver, pulp en pul staan voor een specifiek rongblok, dat ter versteviging diende en geen rongen had. In het materiaal kwamen vaak benamingen voor die ook bij het meer algemene "rongblok" gegeven waren. Vanwege hun algemene karakter zijn die hier niet meer opgenomen. [N 17, 13b + 44h; JG 1b; JG 1c; JG 1d; JG 2b] I-13
middennaafbanden dombanden: dombān (Kuringen) De ijzeren banden om het brede gedeelte van de naaf, aan weerszijden van de spaken. Zie ook afb. 214 en de lemmata ɛmuilbandɛ en ɛachternaafbandɛ.' [N G, 43e; N 17, 60; JG 1a; JG 1b; L 39, 22 add.; monogr.; div.] II-11
mier miermet: ook in ZND 08, 152a  miermet (Kuringen), moermet: ook in ZND 08, 152a  moermet (Kuringen) mier [ZND 01 (1922)] III-4-2
mijt afdekken besteken: bǝstīǝ.kǝ (Kuringen) De korenmijt van een dak voorzien. Zie de toelichting bij het lemma ''buitenstaande korenmijt'' (5.1.18). Bij besteken merkt Goossens in zijn materiaal op: "meer speciaal de grote band om de kop". [N 15, 45a; JG 1a, 1b, 2c; monogr.] I-4
mikken mikken: mekə (Kuringen), mikken (Kuringen) lonken (mikken) [RND] || Op iemand mikken (om met een boog of geweer te schieten). [ZND 38 (1942)] III-3-2
minderen afnemen: afnemen (Kuringen) Bestaat er voor het "minderen"bij het breiwerk een afzonderlijk woord? [ZND 31 (1939)] III-1-3
minderjarig groen: znd 31, 23a  grûn (Kuringen), minderjarig: znd 31, 23a  minderjarig (Kuringen) minderjarig [ZND 31 (1939)] III-2-2
misdienaar koraal (<lat.): kroal (Kuringen), misdienaar: mesdiener (Kuringen) Hoe heet de jongen die de mis dient? [ZND 36 (1941)] III-3-3
miskraam misval: ne misva.l (Kuringen) Te vroegtijdige bevalling waarbij de vrucht niet levensvatbaar is (opslag, misval, misje, kwade kraam (miskraam). [N 115 (2003)] III-2-2
mismaakt mismaakt: mismaakt (Kuringen), misvormd: misvérmt (Kuringen) het kind is mismaakt [ZND 31 (1939)] III-1-2