e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kuringen

Overzicht

Gevonden: 2406
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dempig dempig: dɛ.mpex (Kuringen) Gezegd van runderen of paarden met dempigheid, een bemoeilijking van de ademhaling; bij runderen is het vaak een naziekte van het mond- en klauwzeer. Het paard vertoont een versnelde ademhaling, gepaard met een temperatuursverhoging en hoesten. Dempigheid of kortademigheid is niet chronisch, in tegenstelling tot ''cornage'' (7.38). [JG 1b; A 48A, 38a; L 1, a-m; L 23, 1a en 1b; N 8, 87, 88 en 89a; N 52, 24; S 6] I-9
denken denken: ich dənk, ve dənkə (Kuringen) ik denk, wij denken (of peinzen?) ik dacht het wel, wij dachten het ik heb het gedacht [ZND 08 (1925)] III-1-4
dennennaalden dennenspelden: dennəspellə (Kuringen) dennenaald [ZND 01 (1922)] III-4-3
deugniet astrant kind: strand kènd (Kuringen, ... ), deugeniet: ook materiaal znd 23,4  deugeniet (Kuringen), onkruid: onkroad (Kuringen), (onkruid)  onkroad (Kuringen), sloeber: sloeber (Kuringen), snotmaal: snotmoal (Kuringen) deugniet [ZND 01 (1922)] || een ondeugend kind [ZND 40 (1942)] || kent ge ook een woord of uitdrukking met dezelfde betekenis zonder het woord kind, b.v. een ondeugd, of iets dergelijks ? [ZND 40 (1942)] III-1-4
deuk in een hoed bluts: een bluts (Kuringen) een deuk [ZND 33 (1940)] III-1-3
deur deur: dēr (Kuringen) [rnd 109; S 6; L 1 a-m; L 12, 5; L A2, 265; monogr.; Vld.; div.] II-9
deurwaarder huissier (fr.): huissier (Kuringen) deurwaarder [ZND 33 (1940)] III-3-1
dief schelm: schellem (Kuringen) dief [ZND 23 (1937)] III-3-1
diep diep: dip (Kuringen) In dit lemma worden de plaatselijke varianten gegeven van het woord diep, voorzover dat - evenals de termen voor het tegengestelde begrip (zie het lemma ondiep) - gebruikt wordt of kan worden in verbinding met een werkwoord voor "ploegen". Voor het begrip "diep ploegen (vóór het zaaien)" kent men in bepaalde streken een speciale term waarin het woord diep niet voorkomt. Daarvoor zie men het volgende lemma [JG 1a + 1b; N 11, 39 + 42b + 46; N 11A, 107a + 108a; L 23, 8a; A 20, 1b; A 27, 24b; monogr.] I-1
diepzinnig speculeren: hee speculeerd (Kuringen) Hij is diepzinnig. [ZND 33 (1940)] III-1-4