e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kuringen

Overzicht

Gevonden: 2406
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dood (adj.) dood: znd 23, 022a;  doet (Kuringen) dood; hij is - [ZND 23 (1937)] III-2-2
dood (bn.) dood: dŏĕt (Kuringen) dood; ¯t kindje was - eer (dat) ze ¯t konden dopen [RND] III-2-2
dood (zelfst.nw.) dood: 1a-m; 23, 21  doet (Kuringen) dood (subst.; na den dood) [ZND 01 (1922)] III-2-2
doodkist doodskist: znd 33, 38;  doedskis (Kuringen) een doodkist [ZND 33 (1940)] III-2-2
doodskist doodskist: znd 33, 38;  doedskis (Kuringen), zerk: zerk (Kuringen) Doodkist. [ZND 33 (1940)] || Hoe noemt men het houten voorwerp, waarin de dode in het graf wordt gelegd? [Lk 01 (1953)] III-3-3
doof doof: he es zoe doef as ne pot (Kuringen) hij is zo doof als... (vertaal en vul aan) [ZND 23 (1937)] III-1-1
doofstom doofstom: doefstòm (Kuringen) Hij is doofstom [ZND 33 (1940)] III-1-1
dooien dooien: dooije (Kuringen, ... ) dooien [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)] III-4-4
dooier door: dō.r (Kuringen), dōr (Kuringen) Het geel van het ei. [RND 123; L 1a-m; L 3, 8; L A2, 383; JG 1b, 1c, 2c; monogr.] I-12
doopjurkje doopmantel: dupmantəl (Kuringen) doopkleed [RND] III-3-3