e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Kuringen

Overzicht

Gevonden: 2406
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
glijden sleuren: slére (Kuringen), slérə (Kuringen) hoe noemt men: op het ijs glijden (zonder schaatsen) [ZND 14 (1926)] || slieren (op het ijs glijden zonder schaatsen) [ZND 06 (1924)] III-1-2
glimworm lichtmade: lichtmaə (Kuringen), liechtmaə (Kuringen), lichtworm: lichtwurem (Kuringen, ... ) glimworm [GV Gr (1935)], [ZND 18G (1935)] III-4-2
goedheid goedigheid: ook materiaal znd 24, 20  goetichhet (Kuringen) goedheid [ZND 01 (1922)] III-1-4
goedkoop goedkoop: das goeje koep (Kuringen) Dat is goedkoop [ZND 24 (1937)] III-3-1
goedkoopst bestekoop: beste koep (Kuringen) goedkoopst [ZND 24 (1937)] III-3-1
goedkoper beterkoop: beiterkoep (Kuringen) goedkoper [ZND 24 (1937)] III-3-1
goedzak goede jong: tes zoe ne gooije jong (Kuringen), goede kloot: ook materiaal znd 24, 22  goeje kloet (Kuringen) goedzak [ZND 01 (1922)] || t Is zulk een goeie jongen. [ZND 08 (1925)] III-1-4
gooien smijten: smijte (Kuringen, ... ) niets op de grond werpen ! [ZND 24 (1937)] || smijten [ZND 25 (1937)] III-1-2
graaf graaf: Een graaf (Kuringen), ne graaf (Kuringen) Graaf. [ZND 35 (1941)] III-3-1
graan stapelen in de schuur intassen: ę.ntā.stǝ (Kuringen) Wanneer men met de oogstkar bij de boerderij is aangekomen, worden de schoven in de schuur opgetast, in afwachting van het dorsen. Dit gebeurt in een ruimte naast de dorsvloer, het schuurvak, of, bij plaatstekort, op een tijdelijk geconstrueerde schelf boven de dorsvloer. Zie hiervoor aflevering I.6 over Bedrijfsruimten van de boerderij. Zie ook het lemma ''korenmijt'' (5.1.18). In dit lemma staan de opgaven voor het tassen van de schoven bijeen. [N 5A, 69c; N 15, 46; JG 1a, 1b, 2c; monogr.] I-4