e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L288b plaats=Laar

Overzicht

Gevonden: 1460
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kind (algemene benaming) jong: cf. WNT s.v. "jong (II) - jonk"1. kind in het algemeen; 3. kind of jeugdig persoon van het mannelijk geslacht  jônk (Laar), keutel: kuuëtel (Laar), kind: kîntj (Laar), met een v-tje op de i  kìndj (Laar), wicht: wecht (Laar) kind [DC 03 (1934)] || klein kind III-2-2
kinderachtig kinderachtig: keêndjerechtig (Laar), wichterachtig: wichterechtig (Laar) kinderachtig III-1-4
kinderstoel kakstoel: kakstōl (Laar) hoog kinderstoeltje met pot III-2-1
klapekster houwegerst: houw’aegerst (Laar) klapekster III-4-1
klaproos klaproos: klaproeës (Laar), slaapkopje: slaopköpke (Laar) klaproos III-4-3
klauw klauw: klǫw (Laar) Het onderste klauwvormige gedeelte van het staakijzer dat in het middendeel van de rijn grijpt. De klauw is in functie vergelijkbaar met de kop van het staakijzer in watermolens. Zie ook afb. 61. [N O, 14l; N O, 15e; A 42A, 16; Sche 44; N D, 17] II-3
klaver, algemeen klee: klēi̯ǝ (Laar) De klaver- en klee-varianten in dit lemma vormen de verzamelnaam voor allerlei klaversoorten uit de familie van de Vlinderbloemigen. Klaver werd tot 1950 geteeld als groenvoer en als stoppelgewas. In de Nijmeegse lijst is niet naar de afzonderlijke soorten of naar de algemene naam gevraagd, alleen naar de benamingen voor verschillende oude klaversoorten. Hier zijn, naast de algemene naam in dit lemma, eerst enkele meestvoorkomende soorten apart behandeld en is tot slot een verzamellemma Andere Oude Klaversoorten toegevoegd. De scheiding in het Nijmeegse materiaal is achteraf aangebracht, op grond van de gewasnaam, de opmerkingen van de zegslieden en andere bronnen. Zie ook WBD.I, afl. 8, blz. 1408. [N 14, 83; JG 1a, 1b, 2b, 2c; A 4, 10; L 1, a-m; L B2, 348; L 20, 10; Wi 50; S 18; monogr.] I-5
klaverzuring hazeklee: haazeklieë (Laar) klaverzuring III-4-3
kledij, kleren kleren: kleiər (Laar) ... de kleren (het kleed) ... - bedoeld wordt de vrouwenkleding [DC 03 (1934)] III-1-3
kleefkruid weerkruid: wer-kroêt (Laar) kleefkruid III-4-3