33662 |
dries |
dries:
drīs (P171p Landen)
|
In onder andere de vragen N 14, 55 en L 19b, 3a is gevraagd naar de betekenis van dries. De antwoorden verschillen nogal van elkaar. De ene informant zegt dat dries een ø̄niet omheinde weiø̄ is, volgens de andere is dries een ø̄omheind stuk weilandø̄. De een noemt dries ø̄droge hoge weideø̄, de ander een ø̄laag stuk weilandø̄. Het kenmerk ø̄braakliggendø̄ scoort het hoogst. ø̄Met gras begroeidø̄ en ø̄onvruchtbareø̄ of ø̄minderwaardige grondø̄ zijn de daaropvolgende meest genoemde kenmerken. Op grond hiervan zou men dries als volgt kunnen defini√´ren: ø̄onvruchtbare, met gras begroeide grond die enige jaren braak ligt, voordat men ze bewerktø̄. Intussen kan men er wel schapen laten grazen. Van Dale (11de druk, blz. 661 s.v. dries) geeft als de eerste twee betekenissen ø̄braakliggende akkerø̄ en ø̄verarmd bouwland dat als (schapen)weide gebruikt wordtø̄. [N 14, 55; N 14, 52; N 14, 50a; N 14, 50b; N 6, 33b; L 19b, 3a; L 19b, 2aI; A 10, 4; Wi 15; RND 20; monogr.]
I-8
|
22021 |
duif (alg.) |
duif:
douf (P171p Landen)
|
Duif. [Willems (1885)]
III-3-2
|
21965 |
duivenhok |
duivenkot:
douvekot (P171p Landen)
|
Duivenkot. [Willems (1885)]
III-3-2
|
21418 |
duur |
duur:
dyər (P171p Landen)
|
duur [ZND A2 (1940sq)]
III-3-1
|
21313 |
eed |
eed:
ījət (P171p Landen)
|
een eed [ZND A2 (1940sq)]
III-3-1
|
22484 |
een cadeau geven |
schenken:
schinke (P171p Landen)
|
Schenken. [Willems (1885)]
III-3-2
|
34532 |
een ei |
ei:
ē (P171p Landen),
eier:
eǝr (P171p Landen),
ɛr (P171p Landen),
eitje:
ai̯kǝ (P171p Landen),
ęi̯kǝ (P171p Landen)
|
[L 1a-m; L 3, 8; L 5, 79; L 26, 13b; L 30, 18b; L 35, 7; JG 1b; RND 123; Vld.; monogr.]
I-12
|
34542 |
eend |
eend:
ēn (P171p Landen)
|
[JG 1a, 1b, 1c, 2c; S 18; S 49; L 1a-m; NE II, 55; Vld.; L A1, 48; monogr.]
I-12
|
21568 |
eerder te weinig dan te veel gemeten |
kree gemeten:
da es kreje gemete (P171p Landen),
daskrēgəmētə (P171p Landen),
te juist gewogen:
das te juste gewoge (P171p Landen),
te kort gewogen:
das te kot gewoge (P171p Landen),
te weinig gewogen:
das te weinig gewoge (P171p Landen)
|
Hoe zegt men als een winkelier eerder te weinig dan te veel meet of weegt? Vertaal: Dat is ... gemeten, gewogen. [ZND 36 (1941)]
III-3-1
|
21564 |
eerste opbod |
eerste bod:
ieste bod (P171p Landen),
insteken:
insteken (P171p Landen),
inzet:
dən inzet (P171p Landen)
|
Eerste opbod bij een openbare verkoping. [ZND 36 (1941)]
III-3-1
|