e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Lanklaar

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kortwieken afknippen: āfknepǝ (Lanklaar), kortvleugelen: kortvlø̄ǝgǝlǝ (Lanklaar), toppen: topǝ (Lanklaar) Men kort de vleugels van een kip, opdat ze niet kan wegvliegen. Een object ''kip'' of ''vleugels'' is niet gedocumenteerd. [N 19, 53; S 19; L 28, 35; L 1a-m; monogr.] I-12
kossem kussen: kø̜sǝ (Lanklaar) Huidplooi of kwab onder de hals van een rund. [N 3A, 107] I-11
kosten gelden: ps. omgespeld volgens Frings.  geͅljə (Lanklaar), kosten: ps. omgespeld volgens Frings.  koͅstə (Lanklaar), staan: ps. omgespeld volgens Frings.  wāt stōn də bagə (Lanklaar) Kosten, waard zijn; "wat kosten de biggen tegenwoordig?"[doen, uitdoen, gelle, gelden, gille? "wat gelle de baggen?"] [N 21 (1963)] III-3-1
koster koster: doffe e  de kester (Lanklaar) Koster. [ZND 37 (1941)] III-3-3
kostganger kostganger: kosgengër (Lanklaar) kostganger [ZND 01 (1922)] III-3-1
kostschool pensionaat (<fr.): pensionaat (Lanklaar) kostschool [ZND 40 (1942)] III-3-1
kotelet, ribstuk karbonade: kárbənājə (Lanklaar), (vr.).  kɛrbənāj (Lanklaar), kotelet: koͅrtəleͅtə (Lanklaar) Carbonade (krep, kermenaoj?) [N 16 (1962)] || karbonaden [Goossens 1b (1960)] || koteletten [Goossens 1b (1960)] III-2-3
koud, mistig en somber weer bedroefd (weer): bedreufd  bədrø̄ft (Lanklaar), domp: domp  domp (Lanklaar), dompig (weer): dompig  dompex (Lanklaar), mistig (weer): mestex (Lanklaar), mistige lucht: mestegə loͅxt (Lanklaar), triestig (weer): trestex wēͅr (Lanklaar) mistig, heiig [herig, domig, dompig] [N 22 (1963)] || mistige lucht [mok-, motlocht] [N 22 (1963)] || triest, stil weer [koereloeke] [N 22 (1963)] III-4-4
koude mist koude mist: koͅuwe mest (Lanklaar) gure, koude mist [zoere mok] [N 22 (1963)] III-4-4
koude noordenwind, bijs koude bijs: kaw bees (vr.)  kàuw bês (Lanklaar), koude noorderwind: koͅuwə nōrdərwenjd (Lanklaar) koude noorderwind [bies] [N 22 (1963)] III-4-4