e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Lanklaar

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
paardestal paardestal: pē̜ ̞rdǝ[stal] (Lanklaar), paardsstal: pē̜ ̞r(t)s[stal] (Lanklaar) De stal of ruimte waar het paard of de paarden staan. Het woordtype voerderij voor voergang in de paardestal kan wel uitbreidend gebezigd worden voor de paardestal in zijn geheel. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel (stal) het lemma "stal" (2.1.2). (Paardsstal)-varianten waarvan het (stal)-gedeelte een kleurloze vocaal vertoont, zijn voluit en fonetisch genoteerd, omdat deze tweede component als simplex niet voorkomt met een kleurloze vocaal. Zie de plattegronden van de stallen in paragraaf 1.2. [N 5, 105e; A 10, 9c; L 38, 26; Wi 18; S 50; monogr.; add. uit N 5A, 59 en 73a] I-6
paardestal ondergronds paardsstal: pērsstal (Lanklaar  [(Eisden)]   [Zwartberg, Waterschei]) Ondergrondse paardestal. Voorheen werden bij het transport van kolen ondergronds paarden gebruikt. Deze paarden bleven ondergronds in een aparte stal. [N 95, 935] II-5
paardetuig getuig: gǝtȳx (Lanklaar), paardsgetuig: pē̜rs˲gǝtȳ.x (Lanklaar) De naam voor het paardetuig in het algemeen. [JG 1a, 1b; N 13, 80; monogr.] I-10
pacht? pacht: ps. omgespeld volgens Frings.  pax (Lanklaar), paxt (Lanklaar) pacht, het bedrag dat men jaarlijks betaalt, b.v. voor een bank in de kerk [de paacht?] [N 21 (1963)] III-3-1
pachten pachten: ps. omgespeld volgens Frings.  paxtə (Lanklaar), paxtən (Lanklaar) pachten [werkwoord] [paachte?] [N 21 (1963)] III-3-1
pad kroddel: kroddel (Lanklaar), pad: pat (Lanklaar, ... ) pad [ZND B2 (1940sq)], [ZND m] III-4-2
paddestoel (alg.) champignon: eetbare --; gecombineerd met ZND 5 040  sjampëljoĕngs (Lanklaar) paddestoel [ZND 15 (1930)] III-4-3
pak slaag pak slaag: ë pak slêg (Lanklaar) een pak slaag [ZND 06 (1924)] III-1-2
pak, kostuum kostuum: kəstym (Lanklaar), montering: montēreŋ (Lanklaar), tenue (fr.): tən`øj (Lanklaar) kostuum of pak voor mannen en jongens [pak, montoer, monteering, antsoch, kloeft] [N 23 (1964)] III-1-3
palmboompje palm: paum (Lanklaar), palmboompje: verzamelfiche ZND 15, 015 van Har, + ZND 5, 041  paumbuimken (Lanklaar) palmboompje [ZND 15 (1930)] || palmboompje (buxus) [ZND m] III-4-3