20638 |
appelbol |
kattekop:
kateͅkoͅp (K317p Leopoldsburg)
|
appel in deeg gedraaid en in de oven gebakken [ZND 32 (1939)]
III-2-3
|
20698 |
appelmoes |
appelspijs:
i zoals in rise
apelspɛis (K317p Leopoldsburg)
|
appelmoes [ZND 32 (1939)]
III-2-3
|
20753 |
appeltaartje |
gozte (wa.):
opm. indien omgespeld volgens Frings: z = ?
gozet (K317p Leopoldsburg)
|
een klein appeltaartje, in de vorm van een halve maan [ZND 32 (1939)]
III-2-3
|
22450 |
aprilgek |
aprilzot:
aprilzot (K317p Leopoldsburg)
|
De dag waarop men lichtgelovige personen om een onzinnige boodschap stuurt (1 april). [N 88 (1982)]
III-3-2
|
22451 |
aprilgrap |
aprilvis:
aprilvis (K317p Leopoldsburg)
|
De onzinnige boodschap op 1 april [aprilvis, aprilzaad, zikkelzaad]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
21848 |
arbeid |
werk:
werk (K317p Leopoldsburg)
|
het werken, het arbeiden [foter, werk] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
33100 |
aren lezen |
aren lezen:
ǭrǝ lēzǝ (K317p Leopoldsburg)
|
Het oprapen en verzamelen van de achtergebleven aren op het veld. Het was vroeger gewoonte de aren die op het pasgemaaide en geoogste veld achterbleven, te laten liggen, zodat behoeftigen deze konden verzamelen. Het was een vorm van armenzorg. [N 15, 35; JG 1a, 1b, 1c, 2c; L 39, 40; Lu 3, 6; R [s], 31; R 3, 68; monogr.; add. uit A 23, 16.2]
I-4
|
30399 |
arm schaven |
bijschaven:
bęjsxǭvǝ (K317p Leopoldsburg)
|
Een deur langs de diktezijde schuin afschaven, opdat ze beter sluit in de sponning van het kozijn. [N 53, 104]
II-12
|
18239 |
armband |
armband:
eͅrmbant (K317p Leopoldsburg),
bracelet (fr.):
bracelet (K317p Leopoldsburg)
|
armband (Fr> bracelet) [ZND 32 (1939)] || band- of ringvormig, gewoonlijk metalen sieraad dat om de arm of pols gedragen wordt [armband, bracelet] [N 86 (1981)]
III-1-3
|
21709 |
armbestuur |
ocmw:
ps. letterlijk overgenomen, zoals invuller het genoteerd heeft!
O.C.M.W. (K317p Leopoldsburg)
|
de instelling die zich tot doel stelt arme mensen te ondersteunen [arme, armekom-mer, grootvaal, armbestuur] [N 90 (1982)]
III-3-1
|