19297 |
lastig (werken) |
lastig:
lastig (L289b Leuken)
|
lastig
III-1-4
|
19289 |
lastig zijn |
complimenten hebben:
komplemênte hebbe (L289b Leuken)
|
lastig, onhandelbaar zijn
III-1-4
|
31724 |
lat |
lat:
lat (L289b Leuken)
|
In het algemeen een gezaagde strook hout met geringe breedte en dikte. [N 50, 73e; N 50, 74a; monogr.]
II-12
|
30234 |
latei |
betonnen balk:
bǝtonǝ balǝk (L289b Leuken)
|
Houten, stenen of ijzeren balk die een venster, ingang of andere opening overspant en tevens het bovenliggende muurwerk draagt. De lateibalk wordt vaak in het muurwerk verwerkt zodat hij niet in het zicht komt. d.i.n. in het woordtype 'd.i.n.-balk' is een afkorting van ø̄deutsche Industrienormø̄. [N 55, 74; N 32, 15a; N 32, 15b; monogr.]
II-9
|
33384 |
latierboom |
box (e.):
bǫks (L289b Leuken)
|
Een horizontale balk die twee paarden van elkaar scheidt, meestal hangend aan kettingen, ook wel vast verbonden. In plaats van een hangende balk kan er ook een eenvoudige en niet al te hoge tussenwand zijn. Met een box is een afgeschutte ruimte voor één paard bedoeld; de tussenwand maakt dan deel uit van de box. [N 5A, 59d; monogr.]
I-6
|
34642 |
latwerk |
raam:
raam (L289b Leuken)
|
Latwerk dat op de berries van de kruiwagen gelegd werd, ten einde het laadvlak te vergroten. [N 18, 101; JG 1d]
I-13
|
20102 |
laurierboompje |
laurier:
loureer (L289b Leuken)
|
laurier
III-2-1
|
20479 |
leeftijd, ouderdom |
leeftijd:
gè louptj nog flink veur eure
lèftiet (L289b Leuken)
|
U loopt nog flink voor iemand van uw leeftijd. [DC 39 (1965)]
III-2-2
|
18920 |
leegloper |
leegloper:
lieëgluiper (L289b Leuken)
|
werkschuw persoon
III-1-4
|
20110 |
leeuwenbek |
gaaplepel:
gaaplieëpel (L289b Leuken)
|
leeuwebekje
III-4-3
|