e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Leunen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rank rank: raank (Leunen), reng (mv.): reng (Leunen) rank [SGV (1914)] || ranken (v.e. wingerd) [SGV (1914)] III-4-3
ranken van de wingerd ranken: reng (Leunen) [SGV (1914)] I-7
ransuil ransuil: rânsuul (Leunen) ransuil III-4-1
ranzig garst: gārst (Leunen), garstig: gārstex (Leunen), rans: râns (Leunen), ranzig: rânzeg (Leunen) ranzig || sterk ruikend, sterk smakend van olie, vet, boter III-2-3
rapen rapen: rāpǝ (Leunen) De aardappelen oprapen en in een mand bijeen doen, achter de rooiers of achter de rooiende ploeg aanlopend. [N 12, 21; JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 12, 18; A 23, 17d; Lu 1, 17d] I-5
rasp rasp: rasp (Leunen), raspel: Râsp dat aend haolt mit \'n râspel \'n bitje mieër vlák  râspel (Leunen), rijf: riēf (Leunen), rijfje: riēfke (Leunen) keukenrasp || rasp [SGV (1914)] || vlakke of holle keukenrasp III-2-1
raspen raspelen: râspele (Leunen), raspen: raspe (Leunen), met het doel "ri‰fko‰k"te bakken of aardappelmeel te winnen  aerpel riēve (Leunen), rijven: riēve (Leunen, ... ), met het doel \"ri‰fko‰k\"te bakken of aardappelmeel te winnen  riēve (Leunen) aardappelen raspen || raspen || raspen (w.w.) [SGV (1914)] III-2-1, III-2-3
raspen, grof vijlen raspelen: rãspǝlǝ (Leunen) Een stuk hout met een houtrasp of een grove houtvijl een eerste, ruwe bewerking geven. [N 53, 158a; monogr.] II-12
rat rat: rat (Leunen, ... ) rat [SGV (1914)] III-4-2
rauw rauw: raow (Leunen) rauw, niet gekookt/gebraden III-2-3