e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Leunen

Overzicht

Gevonden: 3656
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zoom in de huif schuif: sxȳf (Leunen) Open zoom in de huif, waardoor een koord loopt waarmee men de huif kan vastsjorren. [N 17, 75] I-13
zoon jong: jóng (Leunen), zoon: zoon (Leunen, ... ) (zoon;) Hoe wordt de zoon door de ouders aangesproken, als hij niet bij zijn naam wordt genoemd? [DC 05 (1937)] || zoon [SGV (1914)] || zoon; (Hoe wordt de zoon door de ouders aangesproken, als hij niet bij zijn naam wordt genoemd?) [DC 05 (1937)] III-2-2
zorgen voor zorgen voor: zörge vur (Leunen) zorgen, zorg dragen voor, letten op III-1-4
zout zout: zālt (Leunen, ... ) zout [DC 03 (1934)] III-2-3
zoutpot zoutpot: Veelal is dit een Keulse pot  zâltpot (Leunen) zoutpot III-2-1
zoutvat zoutvaatje: zâltvetje (Leunen) zoutvaatje III-2-1
zuchtje trek: tręk (Leunen) [N O, 9b] II-3
zuigerklep pompenleertje: pōmpǝlɛrkǝ (Leunen) De (leren) klep in de pompzuiger van een zuigpomp die zich opent bij de neergaande beweging van de zuiger. Zie ook afb. 236a en 241. Volgens de invuller uit L 329 was er aan het slotleer een slotlood (slq.tlɛüt) bevestigd.' [N 64, 133k; N 66, 49k; monogr.] II-11
zuigerleer pompenleer: pōmpǝlē̜r (Leunen) De leren omkleding van de pompzuiger die zorgt voor de afdichting tussen pompzuiger en pomphuis. [N 64, 1331 add.; monogr.] II-11
zuinig zuinig: zunig (Leunen) zuinig [SGV (1914)] III-3-1