22356 |
priktol |
dop:
dop (L434p Limbricht)
|
Hoe noemt men een dergelijk stuk speelgoed dat in beweging wordt gebracht met behulp van een touwtje dat er omheen wordt gedraaid? [priktol] [DC 24 (1953)]
III-3-2
|
18927 |
proberen |
proberen:
probeire (L434p Limbricht)
|
proberen: Als hij kans ziet zal hij - je te bedriegen [DC 35 (1963)]
III-1-4
|
17742 |
proeven |
proeven:
pruive (L434p Limbricht)
|
proeven [pruuve, pruujve] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
22310 |
proppenschieter |
klapbus:
klabbös (L434p Limbricht),
kraaktoet:
kraaktuut (L434p Limbricht)
|
Klakkebus (speelgoed gemaakt van vlierehout om proppen mee weg te schieten) [knaptoet, kraaktuut, proppesjeeter, klambös]. [N 06 (1960)]
III-3-2
|
20651 |
pudding |
pudding:
Syst. WBD
pudding (L434p Limbricht)
|
Pudding (bodding, podding?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
18110 |
puistjes |
brobbels:
brŏbbele (L434p Limbricht)
|
puistjes [bultjes, botsels, brobbels] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
18693 |
pullover |
pullover:
pullover (L434p Limbricht)
|
pullover truivest met mouwen zonder knopen [N 23 (1964)]
III-1-3
|
32879 |
punt van het blad van de zeis |
punt:
pøntj (L434p Limbricht)
|
De scherpe punt aan het blad van de zeis, aan het uiteinde tegenover de arend en de hak. Zie afbeelding 5, nummer 3. [N 18, 68c; JG 1a, 1b, 2c; monogr.]
I-3
|
24227 |
putter |
distelvink:
distelvink (L434p Limbricht),
distelvènk (L434p Limbricht),
putter:
pötter (L434p Limbricht, ...
L434p Limbricht)
|
putter || putter (12 man en pop gelijk; rood gezicht, geel in vleugel, wit in staart; hier alleen op trek; vrij schaars; distelliefhebber; zang is vrolijk, druk gedjiedel; veel in kooi [N 09 (1961)]
III-4-1
|
18610 |
pyjama |
pyjama {pijama}:
pieama (L434p Limbricht)
|
pyjama, tweedelig nachtkostuum [N 25 (1964)]
III-1-3
|