e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Linkhout

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
laaggelegen weidegrond hooibroek: hoi̯bruk (Linkhout) Laaggelegen, vaak natte weidegrond, die men meestal gebruikt om te hooien. Vergelijk ook lemma 1.3.3 ɛbeemdɛ.' [N 14, 52; N P, 5; JG, 1a, 1b; S 5; A 10, 4; RND 20; L 19b, 2aI; Vld.; monogr.] I-8
laars (alg.) bot: botten (Linkhout), boͅt (Linkhout), -> e paar botten.  bot (Linkhout) laars [bot, steevel, buus, kamasj] [N 24 (1964)] || Laars, een paar laarzen (hoge laars met schoen eraan vast) [ZND 37 (1941)] III-1-3
laars met sluitriempje rabattenbot: ? WNT: rabat, B.1) Sierlijk bewerkte strook, meestal van franje voorzien of geplooid valletje.  reͅboͅtəboͅt (Linkhout) laars waarvan de schacht aan de bovenkant van een verstelbaar sluitriempje is voorzien [rijlaars] [N 24 (1964)] III-1-3
laars tot of boven de knie bot: boͅt (Linkhout), waaibot: woͅijboͅtə (Linkhout) laars waarbij de schacht het hele onderbeen bedekt [kapleers, kapsjtievel, kamasj] [N 24 (1964)] III-1-3
ladderboom leerboom: līrbūm (Linkhout) Elk van de twee balken van een zijladder waartussen zich de sporten bevinden. [JG 1a; JG 1b] I-13
lade lade van de tafel: lau van də tōfəl (Linkhout), schuif: tusen ui en eu  schø&#x0304f (Linkhout) lade van een tafel [ZND 37 (1941)] III-2-1
laden laden: lǭǝ (Linkhout) De kar laden. Vergelijk ook WLD I, afl. 4, p. 84 ev [JG 1a, 1b; L 37, 14; Wi 33, 39; add. bij N 18] I-10
lading vracht: vraxt (Linkhout) Datgene wat op de kar of kruiwagen wordt geladen. [JG 1a, 1b; Wi 52; monogr.] I-10
lage herenschoen, molière lage schoen: lix sxoͅun (Linkhout), schoen: sxoͅun (Linkhout) herenschoenen, lage ~ [N 24 (1964)] III-1-3
lage klomp klonk: [klonk] (Linkhout) Klomp met een lage en korte kap die slechts het voorste deel van de voet bedekt. Over de klompopening is een leren riem aangebracht die door middel van kleine spijkertjes met platte kop wordt vastgezet. Zie ook afb. 260. Het woord(deel) klomp is fonetisch gedocumenteerd in het lemma ɛklompɛ.' [N 24, 70c; monogr.] II-12