25413 |
poten verwijderen |
afsnijden:
afsnęjǝn (P046p Linkhout)
|
Als de poten zijn afgehuid, verwijdert men ze in het eerste gewricht (gerekend vanaf de hoef). De poten worden van het lijf gesneden, gekapt of gezaagd. [N 28, 48; monogr.]
II-1
|
33350 |
potstal |
potstal:
pot[stal] (P046p Linkhout),
pǫt[stal] (P046p Linkhout)
|
Een potstal is een ouderwetse stal, met als voornaamste functie het winnen van mest. De bodem is niet geplaveid; de koeien staan direct op de grond en de mest. Omwille van de mest stonden de koeien vroeger het hele jaar op stal, later alleen in de winter. Het vee stond in twee rijen, vastgebonden aan de stalpalen. Over de mest heen werd strooisel gespreid en zo kwamen de koeien steeds hoger te staan, tot de potstal "vol" was. De mest in de potstal werd regelmatig verplaatst, maar de potstal werd slechts één of twee keer per jaar uitgemest. De potstal verdween om hygiënische redenen. In armoedige streken, zoals in de Kempen, waar men grote behoefte aan mest had, is de potstal het langst blijven bestaan, totdat de kunstmest opkwam. Waar de potstal niet bekend is geweest, heeft men er vaak wel een woord voor, dat men van elders kent. Waar de potstal vroeger de gewone stal was, werd hij gewoon "stal" of "koestal" genoemd. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel (stal) het lemma "stal" (2.1.2). Zie afbeelding 7. [N 5A, 49a; N 4, 65; JG 1a en 1b; monogr.]
I-6
|
23238 |
predikant: dominee |
dominee (<lat.):
m
nən dominê (P046p Linkhout)
|
Protestansch predikant. [ZND 14 (1926)]
III-3-3
|
21006 |
prei |
poor:
poor (P046p Linkhout),
pō.r (P046p Linkhout)
|
[Goossens 1b (1960)]
I-7
|
22687 |
prent(je) |
beeld(je):
e schoen billeke (P046p Linkhout)
|
Een schoon beeldeken (Fr. image). [ZND 21 (1936)]
III-3-2
|
22862 |
prijzen (mv.) |
prijzen:
prɛ.zə (P046p Linkhout)
|
prijzen (mv.) [RND]
III-3-2
|
33740 |
prikkeldraad |
pikdraad:
pegdrōǝt (P046p Linkhout),
pekdruǝt (P046p Linkhout)
|
Twee- of driedraads gevlochten ijzerdraad van scherpe punten voorzien waarmee men een weide of een stuk grond afspant. [N M, 6b; N M, 6a; L 40, 73; JG 1b; L 32, 45 add.; Vld.; Gwn 16, 11; A 25, 4f; A 25, 8 add.; monogr.]
I-8
|
18190 |
pronkveer op een hoed |
pluim:
plø͂ͅm (P046p Linkhout)
|
pluim [ZND m]
III-1-3
|
19676 |
provisiekast, etenskast |
eetschap:
iətsxap (P046p Linkhout),
schap:
sxap (P046p Linkhout)
|
voorraad- of provisiekast [N 05A (1964)]
III-2-1
|
20911 |
pruim |
pruim:
prōͅəm (P046p Linkhout)
|
[ZND 34 (1940)]
I-7
|