e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Linne

Overzicht

Gevonden: 1331
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
braaf braaf: braaf (Linne) braaf [DC 02 (1932)] III-1-4
braambes bramelen: brōāmel (Linne), bramelten: brōͅməltə (Linne), bramerten: broimerte (Linne, ... ) braam(bessen) [RND] || braambes [DC 13 (1945)], [Roukens 03 (1937)] III-4-3
braambessen bramelten: bromǝltǝ (Linne), bramerten: brōmǝrtǝ (Linne) Als aanvulling op de vraag die in het lemma Braam is behandeld werd ook geïnformeerd naar de benamingen van de vrucht van de braamstruik. [JG 1b gedeeltelijk, 1c, 2c] I-5
braamsluiper bramenkruiper: breemekroeper (Linne) braamsluiper III-4-1
braamstruik bramelenstruik: broamələštrōēk (Linne) braam (struik) [Roukens 03 (1937)] III-4-3
braken keuken: kö:ken (Linne) Overgeven - Kent men het woord kokken, koken i.b.v. overgeven, neiging hebben tot overgeven? Zo ja, uitspraak. [DC 32 (1960)] III-1-2
brandkast in de sacristie brandkast: brandjkas (Linne) De brandkast, kluis of safe, waarin de heilige vaten bewaard worden. [N 96A (1989)] III-3-3
brandmuur tussen woonhuis en stal brandgevel: brantj˲gēvǝl (Linne) De scheidingsmuur tussen het woongedeelte en de stallen van de boerderij. Doorgaans is dit de muur waartegen, aan de woonhuiskant, ook de schouw is aangebracht en die tot in de nok is opgetrokken. [N 5A, 22g en 32a; N 31, 41d; A 49, 6b] I-6
brandnetel netel: nētǝl (Linne), -  nétele (Linne) brandnetel (Urtica L.) [DC 13 (1945)] || Urtica L. Van dit zeer algemeen voorkomende onkruid bestaan er twee soorten: de grote brandnetel (Urtica dioica L.) en de kleine brandnetel (Urtica urens L.), die in praktijk eigenlijk niet van elkaar onderscheiden worden. De grote of groffe, die van 30 cm tot meer dan 2 m lang kan worden en hierbij afgebeeld is, groeit meer op stikstofrijke, vaak halfbeschaduwde vruchtbare gronden en stortplaatsen. De kleine of fijne -van 15 tot 60 cm hoog- meer op droge plaatsen, op bouwland en in moestuinen. Beide soorten hebben brandharen en grofgezaagde bladeren, die bij aanraking een brandend gevoel veroorzaken. De bloemen zien eruit als groenige trosjes, bij de grote tot enkele centimenters lang en hangend, en bloeien van juni, respectievelijk mei, tot de herfst. [A 13, 11; L 1, a-m; L 1u, 24; L 5, 15; L 15, 2; S 5; Gi 1, 14; monogr.; add. uit S 25; JG 1b] I-5, III-4-3
brem brem: brum (Linne), -  brumme (Linne) brem [DC 47 (1972)], [Roukens 03 (1937)] III-4-3