e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Linne

Overzicht

Gevonden: 1331
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
leeg, niets bevattend leeg: lêêg (Linne) leeg (ijdel, ijl, laas) [DC 03 (1934)] III-4-4
legnest hoendernest: hōndǝrnęst (Linne) Het nest waarin de kippen hun eieren leggen. Est is door metanalyse uit nest ontstaan. [N 19, 32; A 48, 16e; monogr.; add. uit S 25] I-6
lei(en) lei(en): leije (Linne) Een lei, de leien op het dak van de kerk [laj, lajje?]. [N 96A (1989)] III-3-3
lente, voorjaar voorjaar: veurjoar (Linne) lente [DC 39 (1965)] III-4-4
lepel lepel: lēͅpəl (Linne) lepel [DC 35 (1963)] III-2-1
leurder kramer: krêmer (Linne), leurder: leurder (Linne) leurder; Hoe werd de man genoemd die dat deed? [DC 48 (1973)] III-3-1
leuren leuren: leure (Linne), schooien: schoaje (Linne) leuren; Kent u een oud woord voor te voet met de handelswaar langs de huizen gaan van deur tot deur zoals bijvoorbeeld marskramers en ketellappers deden? [DC 48 (1973)] III-3-1
leverworst leverworst: lae.’verwós (Linne) leverworst [N 06 (1960)] III-2-3
libel en waterjuffer glazenwasser: glasewässer (Linne), wijntemper: wintemper (Linne) libel, alg. [DC 27 (1955)] III-4-2
lied, liedje liedje: le.tjə (Linne) liedje [RND] III-3-2