23769 |
kerstavond |
kerstavond:
kèsóóvend (P047p Loksbergen)
|
24 december, de dag voor Kerstmis [Kerstavond, krisaovend, keersaovend]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23777 |
kerstbeelden |
heiligen:
hélləgə (P047p Loksbergen)
|
De beeldengroep van de kerststal, de kerstbeelden. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23776 |
kerstboom |
kerstboom:
kèsbōēwəm (P047p Loksbergen)
|
Een kerstboom [krisboom]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23779 |
kerstkribbe |
kribbetje:
kribbeke (P047p Loksbergen)
|
Een kerstkribbe [et kribche]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
22668 |
kerstlied |
kerstliedje:
keͅslikə (P047p Loksbergen)
|
Een lied dat in de kersttijd veel gezonden wordt [leis, kerstliedje]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
23242 |
kerstmis |
kerstmis:
kèssəməs (P047p Loksbergen)
|
Kerstmis [Krismes, Kriësmes, Keersemes, Korsmes]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23770 |
kerstnacht |
kerstnacht:
kèsnàcht (P047p Loksbergen)
|
De nacht van 24 op 25 december waarin Christus geboorte herdacht wordt, kerstnacht [krisnach]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23775 |
kerststal |
kerststal:
kèsstàl (P047p Loksbergen)
|
Een kerststal. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
22457 |
ketelmuziek |
ketelmuziek:
keͅitəlməzik (P047p Loksbergen)
|
Het lawaai dat gemaakt wordt met potten, pannen, ketels etc. en dat bij wijze van volksjustitie gemaakt wordt voor de deur van personen die zich misdragen hebben in de ogen van hun dorpsgenoten [blekalbade, belmarkt]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
32783 |
kettingeg, weide-eg |
heks:
hɛks (P047p Loksbergen)
|
De kettingeg bestaat uit een vier-, soms driehoekig raam of slechts uit een losse voor- en achterbalk, waartussen kettingen gespannen zijn. Aan deze kettingen zijn korte en lichte tanden bevestigd. Zie afb. 13 en 14. Met de kettingeg wordt voornamelijk licht werk verricht. Het bekendst is het gebruik als weide-eg. Men bewerkt de weide met de kettingeg om de grasmat luchtiger te maken, om mest te verspreiden en molshopen te slechten. Men kan de kettingeg ook gebruiken om gerooide en in panden gelegde suikerbieten van de aanklevende aarde te ontdoen. Soms wordt met de kettingeg ook akkerland bewerkt. Van enige termen aan het einde van het lemma vindt men de plaatselijke varianten in het lemma ´akkersleep, weidesleep´ vermeld. Voor ''eg'' en ''eg'' zie men de toelichting bij het lemma ''eg''. [JG 1a + 1b + 2c; A 13, 16b; A 40, 10; N 11, 72e + 71 add.; N 11A, 163a + 181f; N 14, 81 add.; N J, 10; N P, 18b; monogr.]
I-2
|