e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Loksbergen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
naampatroon patroonsheilige: petrōēnshéllege (Loksbergen) Een naampatroon, de heilige naar wie men is genoemd [namenspatroeën]. [N 96C (1989)] III-3-3
naar de mis gaan mis gaan: mesgoin (Loksbergen), mis horen: meshūūrə (Loksbergen) De mis bijwonen, de mis horen [mès huëre, mès bèèje?]. [N 96B (1989)] III-3-3
naar de ram brengen drijven: drē̜vǝ (Loksbergen), leiden: lē̜ (Loksbergen) Het vrouwelijk schaap laten bevruchten door de bok. [N 77, 33; N 77, 32; JG 1a, 1b; monogr.] I-12
naar huis gaan naar huis gaan: no gon ich ne huis (Loksbergen) Wat zegt men in uw dialect? Nu ga ik naar huis. [ZND 48 (1954)] III-1-2
naar links haar: hār (Loksbergen) Voermansroep om het paard naar links te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95 c, 95d en 96; L 1 a-m; L B 2, 255; L 26, 2; L 36, 81c; S 12; monogr.] I-10
naar rechts hut: hyi̯t (Loksbergen) Voermansroep om het paard naar rechts te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95a en 96; L 1 a-m; L B 2, 256; L 26, 2; L 36, 81d; S 12; monogr.] I-10
nabidden nabidden: nobiddə (Loksbergen) Nabidden, d.w.z. antwoorden bij het bidden, de tweede helft van een gebed bidden. [N 96B (1989)] III-3-3
naboor gots: gǫjts (Loksbergen) Soort avegaar die wordt gebruikt om de met de voorboor aangebrachte opening in de klomp wijder te maken. Doorgaans heeft de klompenmaker verschillende soorten naboren, oplopend in grootte, al naar gelang van de gewenste maat klomp. Zie ook afb. 243 en de lemmata ɛhalfwerkboorɛ, ɛdrielingboorɛ, ɛvrouwenboorɛ en ɛmansboorɛ.' [N 97, 78] II-12
nabootsen na-apen: nòwààpə (Loksbergen) iemands stemgeluid imiteren [nabootsen, papegaaien] [N 87 (1981)] III-3-1
naboren gotsen: gǫjtsǝ (Loksbergen) Door middel van de naboor de met behulp van de voorboor aangebrachte smalle opening in de klomp wijder maken. [N 97, 79] II-12