e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Loksbergen

Overzicht

Gevonden: 3995
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
beschuit biscuit: 1a-m  biskwiet (Loksbergen) beschuit [ZND 21 (1936)] III-2-3
besjes aan de aardappelplant patatappelen: pǝtatapǝlǝ (Loksbergen) De besachtige groene vruchten die zich uit de bloemen van de aardappelplant ontwikkelen. Vroeger, voordat men pootaardappelen selecteerde uit de eigen oogst, werd uit deze vruchtjes van de plant pootzaad gewonnen. Het lemma bevat alleen meervouden. Bij goesbollen wordt door de zegslieden opgegeven dat ...kinderen deze bollen aan een lange twijg (steken) en dan de bollen zo ver mogelijk weggooien of zwiepen; goezen is "zwiepen". Warnant (1949, 175) vermeldt dit spel ook voor Waals Haspengouw. Het regelmatige voorvoegsel aardappel- of patatte- is hier weggelaten; zie het lemma Aardappel. Zie voor de fonetische documentatie van de varianten voor aardappel, ook datzelfde lemma Aardappel. [N 12, 7; L 32, 14; monogr.; add. uit JG 1b] I-5
beslissen beslissen: bəslisə (Loksbergen) iets waarover verschil van gevoel is voorgoed tot een einde brengen [scheiden, beslissen] [N 85 (1981)] III-1-4
besloten tijd beloken tijd: bəlóókətééd (Loksbergen) De periode waarin er zonder speciale toestemming niet kerkelijk getrouwd kon worden, namelijk in de Advent en in de Vasten (gesloten tijd, besloten tijd). [N 96D (1989)] III-3-3
besteden besteden: bəstéjə (Loksbergen) geld uitgeven voor een artikel [besteden, verteren] [N 89 (1982)] III-3-1
besteken schenken: sxiŋkə (Loksbergen) schenken [ZND m] III-3-1
bestelde mis bestelde mis: bəsteldəmes (Loksbergen) Een bestelde H. Mis. [N 96B (1989)] III-3-3
bestellen commanderen (<fr.): kòmàndijrə (Loksbergen) opdracht geven om waren af te leveren of te bewaren [bestellen, commanderen] [N 89 (1982)] III-3-1
besvrucht, algemeen beer: bijr (Loksbergen) Een vlezige sapige vrucht die aan een struik groeit (bes, bizzem, bezie, beer, bees, bezing, baaie). [N 82 (1981)] I-7
beteuterd aardig: oordəg (Loksbergen), bedutst: bədutst (Loksbergen), in de weer: in də wèèr zən (Loksbergen), onnozel: onuujəzəl (Loksbergen), van de wijs: vàn də wèès zən (Loksbergen), verslagen: hije stond verslage (Loksbergen), ook materiaal znd 32, 67  hije stond verslage (Loksbergen), versukkeld: vərsŏĕkəlt (Loksbergen) beteuterd, onthutst [ZND 01 (1922)] || hij stond beteuterd, onthutst [ZND 32 (1939)] || op zijn neus kijkend, erg teleurgesteld zijnd [sip, arig, dreuig, vernepen, suf, onnozel, bedonderd] [N 85 (1981)] || van zijn stuk gebracht, van streek [bedonderd, beteuterd] [N 85 (1981)] III-1-4