e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K278p plaats=Lommel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
glijbaan schuifaf: ne schuivaf (Lommel), /  ne schuivaf (Lommel), schufaf (Lommel), schuifaf (Lommel), schuivaf (Lommel), In de speeltuine staat er een grote schuivaf.  schøͅivaf (Lommel) / [SND (2006)] || glijbaan [SND (2006)] || Glijbaan. || het speeltuig (vooral in speeltuinen) waarbij men langs een gladde baan van een platform naar beneden kan glijden [glijbaan, borsie, ritsbaan, roetsjbaan] [N 112 (2006)] III-3-2
glijbies binnenbies: binnenbies (Lommel) Een reep leer die aan de binnenkant van de schoen van de hak af naar boven loopt, evenwijdig aan de achillespees, en die dient om de hiel gemakkelijk in de schoen te laten schuiven. "De achternaad moet van binnen steeds met een zoogenaamde glijbies voorzien (gedekt) worden, die aan weerszijden van den naad gestikt en aan de kanten ook met de hand aangezet kan worden. Boven reikt deze glijbies tot of onder de stijve kap, onder naait men hem aan weerszijden aan de contrefortvoering vast." (Knöfel I, pag. 177). Zie afb. 22. [N 60, 18c] II-10
glijbies [wld ii.10, p. 26] binnenbies: binnenbies (Lommel) Een reep leer die op dezelfde plaats loopt, maar dan aan de binnenkant van de schoen en die dient om de hiel gemakkelijk in de schoen te laten schuiven? (geleibies of glijbies?) Zie tek. 18c. [N 60 (1973)] III-1-3
glijden slibberen: sleͅbərə (Lommel), slipperen: slipperen (Lommel) Glijden. [Willems (1885)] || hoe noemt men: op het ijs glijden (zonder schaatsen) [ZND 14 (1926)] III-1-2, III-3-2
glimlachen giechelen: gichelen (Lommel), grimlachen: grimlachen (Lommel), heimelijk lachen: hij lacht heimelijk (Lommel), in zijn eigen lachen: hij lacht in z`n eigen (Lommel), zieten: heimelijk lachen  zieten (Lommel) hoe zegt ge "glimlachen"in uw dialect ? Bestaat er geen woord om dit "stil lachen"uit te drukken, geef dan op door welke omschrijving men dit weergeeft. [ZND 39 (1942)] III-1-4
glimworm glimworm: glimworm (Lommel, ... ) glimworm [GV Gr (1935)], [ZND 18G (1935)] III-4-2
god de vader god de vader: god de vader (Lommel) God de Vader. [N 96D (1989)] III-3-3
godsdienstonderricht op zondag catechismus van volharding: catechismus van volharding (Lommel) Het godsdienstonderricht dat vroeger op zondagmiddag vóór het lof (d.w.z. van 14.30 tot 15.00 uur) werd gegeven aan jongeren die van school af waren). [N 96D (1989)] III-3-3
goed liggen goed: gut (Lommel), normaal liggen: normaal liggen (Lommel) Het kalf ligt goed in de baarmoeder: de voorpoten zullen het eerst naar buiten komen. [N 3A, 51] I-11
goed luisteren goed luisteren: goe lŭisteren (Lommel, ... ), goed luisteren (Lommel), goed ləsteren (Lommel) goed luisteren [ZND 30 (1939)] III-1-1