e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K278p plaats=Lommel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hoepel reep: reejep (Lommel, ... ), rêëp (Lommel), i zeer kort en e zeer lang  rieep (Lommel), Met een reep spelen.  reiəp (Lommel), ne reep = een velg zonder spaken  / (Lommel) / [SND (2006)] || Een hoepel (ijzeren of houten ring die door de kinderen voortgedreven wordt). [ZND 27 (1938)] || Reep. [Willems (1885)] || Reep: 3. Hoepel, velg. III-3-2
hoepelen met een reep spelen: Sub reep.  me nə reiəp sp"lən (Lommel), repen: reejepe (Lommel, ... ), reiəpən (Lommel), rieepe (Lommel), /  repen (Lommel), reéjpen (Lommel), ne reep = een velg zonder spaken  repen (Lommel) / [SND (2006)] || Hoe heet: met zon ring [hoepel] spelen? [ZND 27 (1938)] || Met een reep spelen. || Repen: Hoepelen. III-3-2
hoepelrok reeprok: rei̯əprok (Lommel) hoepelrok [reekerok] [N 24 (1964)] III-1-3
hoepels van de huifkar repen: rēǝpǝ (Lommel) Houten hoepels waarover de huif gespannen werd. De hoepels werden in krammen tegen de zijplanken bevestigd. Meestal waren er vijf, waarvan de voorste naar voren helde. [N 17, 74 + 99] I-13
hoesten hoesten: hoesten (Lommel) zachtjes hoesten, kuchen [ZND 29 (1938)] III-1-2
hoeveelheid hooi die men opsteekt gaffel: gafǝl (Lommel) De hoeveelheid hooi die de opsteker in één keer met z''n gaffel aangeeft aan de optasser. Zie voor het vocalisme van het woordtype riek de opmerking in de semantische toelichting bij het lemma ''houten schudgaffel'' en bij het lemma ''hooihark''.' [N 14, 118; A 34, 5a] I-3
hoeven verwijderen afkappen: afkapm (Lommel) Eerst wordt de gehele poot verwijderd van het lijf en dan worden later de hoeven van de poot gekapt. Het kan zijn dat sommige antwoorden eerder duiden op het begrip "poot verwijderen" dan op "hoef verwijderen". [N 28, 46; monogr.] II-1
hoge herenschoen hoge schoen: hoog schoeŋ (Lommel) herenschoenen, hoge ~ [N 24 (1964)] III-1-3
hoge hoed buis: bøͅys (Lommel, ... ), hoge hoed: hogən hut (Lommel) buis(hoed) || hoed, hoge ~, gedragen bij rouwgelegenheden [N 25 (1964)] III-1-3
hoge hoed bij begrafenis buis: cf. WNT s.v. "buis (IV)"I) b) y) hoge zijden herenhoed  bøͅys (Lommel), hoge hoed: hogən hut (Lommel) hoed, hoge ~, gedragen bij rouwgelegenheden [N 25 (1964)] III-2-2