e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K278p plaats=Lommel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ijzeren gaffel, oogstgaffel gaffel: gafǝl (Lommel), hooigaffel: [hooi]gafǝl (Lommel) Twee- of drietandige ijzeren vork, met lange, enigszins gebogen tanden en een lange houten steel, gebruikt om hooi of korenschoven op te steken en op de wagen te laden. Zie afbeelding 10, b. Voor het voorkomen van de term riek en van varianten van het type gāfel, zie de toelichting bij het lemma ''houten gaffel''. Voor de fonetische documentatie van het woorddel (hooi) zie het lemma ''hooi''.' [N 18, 27; JG 1a, 1b; A 28, 2; L 1 a-m; L 16, 18a; L B2, 241; Lu 6, 2; S 9; Wi 3; Av 1 III 5a, b; monogr.] I-3
ijzeren haak aan de puthaak gaarhaak: geͅrhāk (Lommel), gardhaak: geͅrthāk (Lommel), haak: hōͅk (Lommel), puthaak: puthaak (Lommel), pøthōͅk (Lommel), schephaak: sxeͅphāk (Lommel) [N 12 (1961)] [ZND 32 (1939)] I-7
ijzeren pin waarmee men het slachtvee verdooft slagpin: slaxpen (Lommel) De woordtypen in dit lemma kunnen op verschillende zaken duiden. Men kan ermee bedoelen de ijzeren pin die uit het schietmasker gedreven wordt of de pin die op een hamer waarmee men het dier op de kop slaat, is bevestigd, of de pin van het penapparaat. Dit laatste werktuig is een voorloper van het penschietmasker. Zie ook de toelichting bij het lemma ''schietmasker''. [N 28, 5b; N 28, 5d; monogr.] II-1
ijzertje onder een schoen ijzer: ei̯zər (Lommel), plaatje: plaatjes (Lommel) Hoe heten deze ijzertjes (tip?) [N 60 (1973)] || ijzertje onder de schoen [blakei] [N 24 (1964)] III-1-3
in beweging komen (zich) verroeren: verroeren (Lommel), in gang komen: in gang komen (Lommel), op gang komen: op gang komen (Lommel) In beweging komen (op gang komen, (zich) roeren, bewegen) [N 108 (2001)] III-1-2
in de doodskist leggen zerken: znd 32, 20; cf. WNT s.v. "zerk (I)"; Afl. "zerken (II)"ww. (een lijk) in een doodkist leggen; kisten  zerken (Lommel, ... ) een doode lijken (vooraleer hij gekist wordt) [ZND 32 (1939)] III-2-2
in de moestuin werken hoven: hø̄ven (Lommel) [N P (1966)] I-7
in de pap liggen in de brij zitten: in de brij zitten (Lommel) Eitjes en larven worden door de werkbijen in een pap van stuifmeel, honing en water gelegd. Hierin gedijen ze zeer snel. Men zegt dan "de larven liggen in de pap, in de melk". De cellen zijn dan nog niet verzegeld. [N 63, 22c] II-6
in de rug slaan (met de vuist) doffen: doefen (Lommel), stompen: stompen (Lommel), stuiken: sjtokken (Lommel) Met de vuist in de rug slaan (doffen, dompen, stompen, stoten, sjtokken) [N 108 (2001)] III-1-2
in de schil gekookte aardappelen pelpatatten: Syst. Grootaers  pɛlpətatə (Lommel) In de schil gekookte aardappelen (zwelmennekes?) [N 16 (1962)] III-2-3