e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Lommel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
handschieter inschietplankje: insxitplɛŋskǝn (Lommel) Dun plankje waarop de kadetjes of andere broodjes, met twintig tegelijk, de oven worden ingeschoven. Woordtypen als "lange schieter" en "grote zwouw" wijzen erop dat hiervoor ook wel de gewone ovenpaal wordt gebruikt. Vgl. dit lemma met dat van ''ovenpaal''. [N 29, 96b] II-1
handschoen handschoen: een hanschoen (Lommel), een por hanschoen (Lommel), handschoen (Lommel), hansxun (Lommel), nɛn handschoen (Lommel), ɛ powɛr handschoen (Lommel), vingerhandschoen: veŋərhansxun (Lommel), vingerswant: veŋərswa͂n’ə (Lommel) een paar handschoenen [ZND 35 (1941)] || handschoen [ZND 35 (1941)] || handschoenen, met vier vingers en een duim [vingerwante, haase, hejse] [N 23 (1964)] III-1-3
handvat aan de ploegstaart handvat: hant˲vat (Lommel), hãn(t)˲vat (Lommel) De staart van een voetploeg, een radploeg en de zgn. losse karploeg is voorzien van of eindigt in een handvat, dat de ploeger stevig vasthoudt om te bereiken dat de ploeg de voor goed afsnijdt en niet uit de voor schiet. Aan dat handvat trekt hij de ploeg aan het einde van iedere voor om en houdt hij de (achter)ploeg vast wanneer deze in de sleepstand over de wendakker getrokken wordt. De latere vaste karploegen hebben van achteren ook een handvat. Maar omdat dergelijke ploegen niet echt bestuurd hoeven te worden, is dit handvat vooral dienstig bij het keren en het op nieuw inzetten van de ploeg. [N 11, 31.I.k; N 11A, 84i; JG 1a + 1b; monogr.] I-1
handvat van de sikkel handvat: hānt˲vat (Lommel), steel: stęi̯ǝl (Lommel) Korte houten gedeelte waaraan het mes bevestigd is. Hiermee hield men de sikkel vast. [N 18, 79a; monogr.] I-5
handvat van de troffel steel: stējǝl (Lommel) Het handvat van de troffel kan in hout of kunststof zijn uitgevoerd. [N 30, 7c; monogr.] II-9
handvat van de zicht handvat: hānt˲vat (Lommel) De steel van de zicht bestaat uit één stuk hout. Het bovenste deel ervan is scherp gebogen. Dit deel dient als handvat waarmee men de zicht hanteert. Zie de algemene toelichting bij paragraaf 4.2 en afbeelding 5. Vergelijk de lemma''s over de handvatten aan de steel van de zeis (3.2.4 - 3.2.7) in aflevering I.3. In de volgende plaatsen werd hetzelfde antwoord gegeven als voor "steel" (zie het lemma ''steel van de zicht'', 4.3.2): K 278, L 164, 288a, 296, 314, 320, 327, 330, 378, 381, 381b, 422, 426, 429, 431, P 175, Q 14, 15, 33, 71, 90, 93, 96, 99, 121, 197, 198b, 201, 207.' [N 18, 70b; JG 1a, 1b; A 14, 9; L 45, 9; monogr.] I-4
handvatten knabben: knabǝ (Lommel) Beide handvatten van de steel van de zeis te zamen genomen. Zie de algemene toelichting bij deze paragraaf en de toelichtingen bij de lemma''s ''steel van de zeis'', ''bovenste handvat'' en ''onderste handvat''. De opgaven moeten worden gelezen als meervouden of collectiva. [N 18, 67 b en c add.; JG 2c; A 14, 5; L 45, 5] I-3
handvatten van de trekzaag handvatter: hãnt˲vatǝr (Lommel) De twee in het verlengde van het zaagblad van de trekzaag bevestigde handvatten. [N 18, 128a; N 50, 17b] II-12
handveger, stoffer borstel: bōōsel (Lommel) handveger [ZND 02 (1923)] III-2-1
handvol handvol: ps. omgespeld volgens Frings!  hafəl (Lommel) handvol, zoveel als een hand vult III-4-4