19151 |
vergeten |
vergeten:
vərgätən (K278p Lommel)
|
vergeten
III-1-4
|
19597 |
vergiet |
doorslag:
dørslax (K278p Lommel)
|
vergiet
III-2-1
|
18054 |
vergiftigen |
vergeven:
vergeven (K278p Lommel, ...
K278p Lommel),
vergiftigen:
vergiftigen (K278p Lommel)
|
Vergiftigen: door vergif doden (vergeven, vergiftigen). [N 107 (2001)]
III-1-2
|
31130 |
verhalfzolen |
halflappen:
halflappen (K278p Lommel)
|
De schoenen van nieuwe halfzolen voorzien. [N 60, 232a]
II-10
|
21660 |
verhogen |
omhooggaan:
ps. omgespeld volgens Frings.
ōͅmhōx gōͅ~nə (K278p Lommel),
opslaan:
ps. omgespeld volgens Frings.
opslōͅn (K278p Lommel),
opzetten:
ps. omgespeld volgens Frings.
zə zeͅn⁄ opgəzɛt (K278p Lommel)
|
verhogen, iets in prijs ~ [opsteken? b.v. de eieren zijn opgestoken?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
19370 |
verhuizen |
verhuis:
vərhøͅi̯s (K278p Lommel)
|
verhuizing; verhuizen
III-2-1
|
22507 |
verjaardag |
verjaardag:
vərjoͅuərdach (K278p Lommel)
|
Verjaardag.
III-3-2
|
34171 |
verkeerd liggen |
in een wrong liggen:
in een wrong liggen (K278p Lommel)
|
Verkeerd liggen in de baarmoeder door een slag in de baarmoederhals, gezegd van het kalf. [N 3A, 49]
I-11
|
21399 |
verkeren |
vrijen:
vrijen (K278p Lommel)
|
Iemand liefhebben, gaarne zien, v. iem. houden [ZND 30 (1939)]
III-3-1
|
20364 |
verkering |
vrijerij:
vréjəréj (K278p Lommel)
|
vrijerij
III-2-2
|