e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Lummen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vol zeil geven zeilen opleggen: zę̄lǝn ǫplęgǝ (Lummen) Alle zeilen geheel ontvouwen. [N O, 7e] II-3
volk (mensen) mensen: mensə (Lummen) volk [RND] III-3-1
volk (natie) volk: volək (Lummen) volk [ZND m] III-3-1
volwassen, mannelijk varken (ongesneden) beer: biǝr (Lummen), bi̯ɛr (Lummen), bīr (Lummen) De benamingen in dit lemma duiden op het volwassen, ongesneden, mannelijk varken. Opgaven voor het volwassen, ongesneden, mannelijk varken die beantwoorden aan de woordtypen berg en barg zijn verplaatst naar het lemma ''gesneden mannelijk varken'' (1.2.2). Zie afbeelding 1. [N 19, 7; RND 46 en 84; S 2; A 4, 4a; L 1a-m; L 20, 4a; L 37, 49d; L 14, 12; JG 1a, 1b; monogr.] I-12
vonderbalk, pasbrug lichtbalk: lichtbalk (Lummen), steenbalk: stīnbalǝk (Lummen) De horizontale balk, als onderdeel van de houten licht, waar het pasblok van het staakijzer (in watermolens) of de kleine spil (in windmolens) op rust. Zie ook afb. 85. [N O, 23b; A 42A, 26; Vds 105; Jan 143; Coe 127; Grof 150; N D, 21; A 42A, 22] II-3
vonderbout bout: būǝt (Lummen) De bout waarmee de pasbrug scharnierend aan de ezel is bevestigd. [N O, 23j] II-3
vonk vonk: voŋk (Lummen, ... ), vuŋk (Lummen, ... ) vonk, geinster [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)] III-2-1
voogd momber: mommər (Lummen) voogd (over minderjarige kinderen) [ZND 08 (1925)] III-2-2
voorhamer voorhamel: vø̄rhāmǝl (Lummen) Zware ijzeren hamer met een lange steel die wordt gebruikt om breuksteen stuk te slaan. Zie ook afb. 13. [N 30, 18c] II-9
voorhoofd voorhoofd: də ōars van zə v"rhyt (Lummen) de aderen van zijn voorhoofd [ZND 19 (1936)] III-1-1