e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q016p plaats=Lutterade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
judas judas: Judas (Lutterade) Judas [SGV (1914)] III-3-3
judaspenning judaspenning: judaspenning (Lutterade) Judaspenning (lunaria biënnis). sierplant met grote bladeren en meestal donker roodpaarse, zelden witte, bloemen. De onderste bladeren en die van de rozet zijn diep ingesneden bij de steel en spits aan de top, de bovenste haast ongesteeld. De plant wordt [N 92 (1982)] III-4-3
juffrouw juffer: joffer (Lutterade), juffrouw: juffrouw (Lutterade) hoe spreekt u een ongetrouwde vrouw aan? [juffer, juffrouw, juf, uffrouw] [N 87 (1981)] || juffer [SGV (1914)] III-3-1
jumper vest: vès (Lutterade) jumper, damesvest met mouwen en knopen [N 23 (1964)] III-1-3
jurk kleed: kleid (Lutterade) jurk, japon, kleed van een vrouw [pon] [N 24 (1964)] III-1-3
kaakgestel geschaar: geschear (Lutterade) kaak: Beide kaken tezamen (kakement, schaar). [N 84 (1981)] III-1-1
kaal duivenjong kleine jongen: kleine jonge (Lutterade) een jong van enkele dagen oud, nog met haar? [N 93 (1983)] III-3-2
kaam kaam/kamen: kø̄mǝ (Lutterade) Het wit gerimpeld of vlokkig vlies op wijn, bier, azijn, etc. dat wordt gevormd door een spruit- of gistzwam. [S 16; L 1 a-m; L 27, 53; monogr.] II-2
kaantjes krapjes: krèpkes (Lutterade) vetklonters die overblijven bij het smelten van runds- of varkensvet [N 06 (1960)] III-2-3
kaardenbol kaardenbol: kaardebol (Lutterade, ... ), kam: kem (Lutterade), käm (Lutterade) [N 92 (1982)]kaarddistel [SGV (1914)] || kaarddistel (VanDale: gew. ben.vd kaardebol) [SGV (1914)] || Weverskaarde (dipsacus fullonum 120 tot 150 cm groot. De plant heeft een krans van lange, rechtopstaande schutbladeren. De schutblaadjes steken uit boven het purperen blad en eindigen in buigzame of stijve stekels. Vroeger in Limburg gekweekt en daar we [N 92 (1982)] I-7, III-4-3