e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q016p plaats=Lutterade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wagenvervoer met lieren vervoer met de lier: vǝrvø̄r męt dǝ līr (Lutterade  [(Maurits)]   [Zolder]) Het verplaatsen van mijnwagens over korte afstand door middel van lieren. [N 95, 703] II-5
wagenvervoer met slepers vervoer met de slepers: vǝrvø̄r męt dǝ šlēpǝrs (Lutterade  [(Maurits)]   [Maurits]) Het verplaatsen van mijnwagens met behulp van slepers. [N 95, 704] II-5
wagon wagon (<eng.): wagon (Lutterade) een spoorwagen [wagon, cabine] [N 90 (1982)] III-3-1
waldhoorn waldhoorn: waldhoare (Lutterade), waldjhoarn (Lutterade) Een muziekinstrument van opgerolde schors [toethoren, schalmei, waldhoren, fop, neppen, schermenei]. [N 90 (1982)] || Het blaasinstrument zonder ventielen, met een zachte toon [hoorn, waldhoorn]. [N 90 (1982)] III-3-2
walm kwalm: kwalm (Lutterade) dikke vettige damp of rook (walm, kwalm, blaak, zwalm, galm) [N 90 (1982)] III-2-1
wambuis wambuis: wammes (Lutterade) wambuis, kort tot het middel reikend overkledingstuk [wammes, buis, buist, sent] [N 23 (1964)] III-1-3
wandelen wandelen: wanjele (Lutterade) Wandelen: gemakkelijk en zonder zich in te spannen gaan (wandelen, kuieren, kachelen, tuinen). [N 84 (1981)] III-1-2
wandelondersteuning wandelend bouwwerk: wanjǝlǝnt buwwerk (Lutterade  [(Maurits)]   [Eisden]) Moderne mechanische pijlerondersteuning, bestaande uit twee of drie paar scharnierend gekoppelde hydraulische stijlen. [N 95, 596; N 95, 608; N 95, 297] II-5
wanprodukt misstuk: mesštøk (Lutterade) Kledingstuk dat mislukt is. [N 59, 193] II-7
want want: wante (Lutterade) wanten, met duim maar zonder vingers [N 23 (1964)] III-1-3