17680 |
teen |
teen:
tieen (Q016p Lutterade),
tieene (Q016p Lutterade)
|
teen [SGV (1914)] || tenen [SGV (1914)]
III-1-1
|
22429 |
tegen de bal schoppen |
schoppen:
sjuppe (Q016p Lutterade)
|
Tegen de bal schoppen in het voetbalspel [schoppen, trappen]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
21998 |
tegenwind |
wind tegen:
windj teage (Q016p Lutterade)
|
Hoe zegt men: de duiven vliegen met de wind tegen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
21210 |
telefoon |
telefoon:
tilefoon (Q016p Lutterade)
|
het toestel om de menselijke stem over te brengen [telefoon] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21211 |
telefooncel |
telefooncel:
tilefoonsel (Q016p Lutterade)
|
het kleine vertrek van waaruit men kan telefoneren [telefooncel, cel] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21208 |
telegram |
telegram:
tilegram (Q016p Lutterade),
tillegram (Q016p Lutterade)
|
een per telegraaf overgebracht bericht [telegram, draadbericht] [N 90 (1982)] || telegram [SGV (1914)]
III-3-1
|
32965 |
telen, verbouwen |
trekken:
trękǝ (Q016p Lutterade)
|
Het voor gebruik tot ontwikkeling brengen van een gewas. Zie ook de meer specifieke lemma''s ''zaaien'' (2.1) en ''poten, planten'' in aflevering I.5. Voor twachten zie Rutten, Haspengouwsch Idioticon 239: "winnen van zaad". [N Q, 9; L 1 a-m; S 20; Wi 43; monogr.]
I-4
|
24004 |
ten doop houden |
ten doop houden:
ten duip hawe (Q016p Lutterade)
|
Het ten doop houden, het vasthouden van het kind tijdens de doop. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23638 |
ten offer gaan |
de offergang maken:
offergank make (Q016p Lutterade)
|
De offergang maken, ten offer gaan. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
17632 |
tepel |
tepel:
tepele (Q016p Lutterade),
tepels (Q016p Lutterade)
|
borsttepels [N 10c (1961)], [N 10c (1995)]
III-1-1
|