20310 |
jong (bn.) |
jong:
jonk (L377p Maasbracht)
|
jong [t kind is nog ~] [SGV (1914)]
III-2-2
|
24338 |
jong van een dier |
jong:
jonk (L377p Maasbracht),
joŏnk (L377p Maasbracht),
joŋk (L377p Maasbracht),
klein beestje:
klein beëstje (L377p Maasbracht)
|
[R 12, 38; S 16; L 1a-m; L 27, 47a; monogr.]jong (subst.; van een dier) [Roukens 12 (1937)] || jong (ve dier) [SGV (1914)] || klein beestje [DC 37 (1964)]
I-11, III-4-2
|
34025 |
jong van een rund |
jong:
jǫŋk (L377p Maasbracht)
|
[N 3A, 4]
I-11
|
34314 |
jong varken |
bag:
bak (L377p Maasbracht),
bagje:
bɛkskǝ (L377p Maasbracht)
|
Jong varken in het algemeen. [N 19, 3; N C, add.; L 1a-m; L 3, 2b; L 37, 49a; NE I.12; NE 2.I.9; JG 1a, 1b, 2c; AGV KI; S 3; RND 46 en 84; Vld.; Wi 51; Gwn 5, 12; monogr.]
I-12
|
34448 |
jonge geit |
geitje:
geitje (L377p Maasbracht),
lammetje:
lɛmkǝ (L377p Maasbracht),
sikje:
sekskǝ (L377p Maasbracht)
|
[N 19, 71a; N 77, 75; A 9, 21; JG 1a; monogr.]
I-12
|
19649 |
jonge kat |
katje:
ketje (L377p Maasbracht)
|
Hoe noemt u een jong katje? (jongske, katje) [N 104 (2000)]
III-2-1
|
34481 |
jonge kip |
hoen:
hōn (L377p Maasbracht),
pul:
pø̜l (L377p Maasbracht)
|
Bedoeld wordt de jonge kip die bijna aan de leg is of net legt. [N 19, 40d; R 14, 23b; R 3, 39; A6, 1b; JG 1a, 1b; L 1a-m; Gwn; Vld.; S 27, add.; monogr.]
I-12
|
20159 |
jongen |
jong:
jong (L377p Maasbracht),
jóóng (L377p Maasbracht, ...
L377p Maasbracht)
|
jongen (knaap) [SGV (1914)], [ZND 01 (1922)] || jongen; een lamme - [ZND 29 (1938)]
III-2-2
|
18702 |
jongensblouse |
bloes:
bloes (L377p Maasbracht)
|
jongensblouse, ruime bovenkledingstuk met band of elastiek in de taille [N 23 (1964)]
III-1-3
|
20334 |
jongste kind |
scharlingetje:
sjerlingske (L377p Maasbracht),
scharrelingetje:
scherrrelingske (L377p Maasbracht)
|
Andere benaming van: wordt deze naam ook gebruikt voor het jongste kind (dat soms ook het zwakste is) van een groot gezin? [DC 25 (1954)] || Wordt deze naam ook gebruikt voor het jongste kind (dat soms ook het zwakste is) van een groot gezin? [DC 25 (1954)]
III-2-2
|