e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maasbracht

Overzicht

Gevonden: 3406
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
havermout havermout: havermoat (Maasbracht), havermout (Maasbracht) Havermout [N 16 (1962)] || havermout [SGV (1914)] III-2-3
havermoutpap havermoutpap: havermoutpap (Maasbracht) Pap van havermout (haavere moute pap?) [N 16 (1962)] III-2-3
haverzak muilzak: muilzak (Maasbracht) Zak, gevuld met haver, die men een ingespannen paard omhangt om het te laten eten. [N 13, 90; monogr.] I-10
hazelaar hazelaar: haizelièr (Maasbracht), hazelnotenstruik: hazelnoo:testroek (Maasbracht), hazenbroek: essesbroek (Maasbracht), hazenotenstruik: essenoo:testroek (Maasbracht) hazelnoot - boom (Colylus Avellana L.) [DC 17 (1949)] || hazelstruik [SGV (1914)], [ZND 26 (1937)] III-4-3
hazelnoot hazelnoot: hazelneut (Maasbracht), hazelnoot (Maasbracht), -  hazelnoot (Maasbracht), hazenoot: esseneut (Maasbracht), essenoot (Maasbracht, ... ) hazelnoot [SGV (1914)], [ZND 26 (1937)] || hazelnoot - vrucht (Colylus Avellana L.) [DC 17 (1949)] III-4-3
hazelworm kleine hagedis: klein hagedis (Maasbracht) hazelworm: Hoe noemt u de hazelworm, een pootloze hagedis die op de heide leeft en wel wat op een kleine slang lijkt? [N100 (1997)] III-4-2
hazenleger kot: kōēt (Maasbracht) leger, ligplaats ve haas [DC 54 (1979)] III-4-2
hecht van een mes steel: steel (Maasbracht, ... ) handvat van een mes (hecht, heft) [N 20 (zj)] || heft [SGV (1914)] III-2-1
heen en weer (bewegen) op en af: hae löpjt op en aaf (Maasbracht) heen en weer lopen [op en aaf lope] [N 07 (1961)] III-4-4
heer heer: hi.ər (Maasbracht) heer [RND] III-3-1