e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maasbree

Overzicht

Gevonden: 4847
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
blutsen, van een appel blutsen: Venlo e.o.  blutse (Maasbree), geblutst: WLD  geblutst (Maasbree) Een appel of peer oppervlakkig beschadigen zoda er een zachte plek ontstaat (blutsen, kneuzen, keuzen). [N 82 (1981)] I-7
bobbel, kleine verhevenheid bobbel: boebel (Maasbree), knobbel: knoebel (Maasbree) een kleine, ronde, meestal holle verhevenheid op een oppervlak [bobbel, brobbel, knobbel, hulte] [N 91 (1982)] III-4-4
bochel bult: bult (Maasbree, ... ) bochel [SGV (1914)] || bult [SGV (1914)] III-1-2
bod bod: bod (Maasbree, ... ) de geboden som op een veiling [bod, gebod, roep] [N 89 (1982)] III-3-1
bodem van het vat bodem: bǭm (Maasbree) Het ronde sluitstuk dat aan beide kanten van het vat in de kroos wordt aangebracht. De bodem bestaat uit verschillende losse plankjes die met behulp van drevels aan elkaar bevestigd worden. Zie ook afb. 223. [N E, 38a; monogr.] II-12
bodemplanken bodemstukken: bǭmstø̜kǝ (Maasbree) In het algemeen de plankjes waaruit de bodem van een vat wordt samengesteld. [N E, 38b] II-12
bodemspanzaag draaizaag: drɛjzāx (Maasbree) Spanzaag met een smal zaagblad waarmee de bodems van vaten worden rondgezaagd. Zie ook het lemma ɛdraaizaagɛ, ɛkeerzaagɛ in de paragraaf over de spanzaag bij de vaktaal van de timmerman.' [N E, 40a] II-12
boek boek: bŏŏk (Maasbree) boek [SGV (1914)] III-3-1
boeket bos: WLD  bŏĕs (Maasbree), bussel: Venlo e.o.  boessel (Maasbree), busseltje: Venlo e.o.  buusselke (Maasbree) Een aantal bijeengebonden of —gevoegde bloemen (tuit, tuiltje, boeket, ruiker, bloemetje). [N 82 (1981)] III-4-3
boekpens boekpens: bōkpɛns (Maasbree) De derde maag van de koe, de maag die van binnen vol vliezen zit. [N 28, 82; A 9, 11c] I-11