e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maasbree

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wapenschild schild: schild (Maasbree), wapen: waope (Maasbree, ... ) een bord waarop een wapen [bijv. van een legeronderdeel] geschilderd is [schild, wapie] [N 90 (1982)] III-3-1
warkruid duivelsgaren: -  duvelsgare (Maasbree) groot warkruid [DC 60a (1985)] III-4-3
warm weerx mottig (weer): môttig waer (Maasbree), warm (weer): werm (Maasbree, ... ) warm [DC 44 (1969)], [SGV (1914)] || warm, gezegd van het weer [smoel] [N 81 (1980)] III-4-4
wasbeits wasbeits: was˱bęjts (Maasbree) Beits waaraan was is toegevoegd. [N 67, 25b] II-9
wasbord wasrijf: wasriëf (Maasbree), wasrīēf (Maasbree) de plank waarover gegolfd zink geslagen is, waarop men vuil goed wast (troffel, roefel, wasbord) [N 90 (1982)] III-2-1
wasdraad wasdraad: wasdrǭt (Maasbree) Een draad die ingewreven is met was. Het is een draad om te naaien, op dezelfde manier vervaardigd als een pekdraad, behalve dat men de draad inwrijft met was in plaats van met pek; deze draad is bedoeld voor schoenen met lichte zolen; de opliggende steken poetst men naderhand geel met kurkuma (Liedmeier, pag. 28). [N 60, 195c; N 60, 238b] II-10
wastafeltje in de sacristie wasbak: wasbak (Maasbree) Het wastafeltje of fonteintje in de sacristie, lavabo. [N 96A (1989)] III-3-3
wasvrouw wasvrouw: wasvrouw (Maasbree), waswijf: waswiëf (Maasbree) Hoe noemt u de wasvrouw? (wasvrouw, wasses) [N 104 (2000)] III-2-1
waterbak weekbak: węjkbak (Maasbree) De bak of kuip waarin de schoenmaker de pek bewaart en het leer weekt. [N 60, 194a] II-10
waterbeits waterbeits: wātǝrbęjts (Maasbree) Waterige kleurstof voor hout die gedeeltelijk in de houtvezels trekt. [N 67, 25a; monogr.] II-9