21741 |
wapenschild |
schild:
schild (L267p Maasbree),
wapen:
waope (L267p Maasbree, ...
L267p Maasbree)
|
een bord waarop een wapen [bijv. van een legeronderdeel] geschilderd is [schild, wapie] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
24575 |
warkruid |
duivelsgaren:
-
duvelsgare (L267p Maasbree)
|
groot warkruid [DC 60a (1985)]
III-4-3
|
25204 |
warm weerx |
mottig (weer):
môttig waer (L267p Maasbree),
warm (weer):
werm (L267p Maasbree, ...
L267p Maasbree,
L267p Maasbree)
|
warm [DC 44 (1969)], [SGV (1914)] || warm, gezegd van het weer [smoel] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
30618 |
wasbeits |
wasbeits:
was˱bęjts (L267p Maasbree)
|
Beits waaraan was is toegevoegd. [N 67, 25b]
II-9
|
19714 |
wasbord |
wasrijf:
wasriëf (L267p Maasbree),
wasrīēf (L267p Maasbree)
|
de plank waarover gegolfd zink geslagen is, waarop men vuil goed wast (troffel, roefel, wasbord) [N 90 (1982)]
III-2-1
|
23597 |
wasdraad |
wasdraad:
wasdrǭt (L267p Maasbree)
|
Een draad die ingewreven is met was. Het is een draad om te naaien, op dezelfde manier vervaardigd als een pekdraad, behalve dat men de draad inwrijft met was in plaats van met pek; deze draad is bedoeld voor schoenen met lichte zolen; de opliggende steken poetst men naderhand geel met kurkuma (Liedmeier, pag. 28). [N 60, 195c; N 60, 238b]
II-10
|
23443 |
wastafeltje in de sacristie |
wasbak:
wasbak (L267p Maasbree)
|
Het wastafeltje of fonteintje in de sacristie, lavabo. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
19645 |
wasvrouw |
wasvrouw:
wasvrouw (L267p Maasbree),
waswijf:
waswiëf (L267p Maasbree)
|
Hoe noemt u de wasvrouw? (wasvrouw, wasses) [N 104 (2000)]
III-2-1
|
29699 |
waterbak |
weekbak:
węjkbak (L267p Maasbree)
|
De bak of kuip waarin de schoenmaker de pek bewaart en het leer weekt. [N 60, 194a]
II-10
|
30617 |
waterbeits |
waterbeits:
wātǝrbęjts (L267p Maasbree)
|
Waterige kleurstof voor hout die gedeeltelijk in de houtvezels trekt. [N 67, 25a; monogr.]
II-9
|