e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L372p plaats=Maaseik

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
manken manken: manke (Maaseik, ... ), manke(n) (Maaseik) Gebrekkig lopen door bijv. ongelijke lengte van de benen (hompe(le)n, manken, lammen, mank lopen). [N 107 (2001)] III-1-2
mankeren mankeren: mankeere (Maaseik) mankeren [ZND m] III-1-2
mannelijk geslachtsorgaan gemacht: het gemech (Maaseik) mannelijke geslachtsorgaan [gemach, gemaacht] [N 10c (1995)] III-1-1
mannelijk jong van de geit bokje: bøkskǝ (Maaseik) [N 19, 71b; N 19, 71a; N 77, 76; A 9, 21] I-12
mannelijk kalf durenkalf: dø̄rǝ[kalf] (Maaseik), stierenkalf: stīrǝ[kalf] (Maaseik), stierkalf: stīr[kalf] (Maaseik) [N 3A, 15; N C, 7a; JG 1a, 1b; A 9, 17a; Gwn V, 5a; monogr.] I-11
mannelijk kalf dat van tanden begint te wisselen stierrind: stīrręns (Maaseik), stīrręnt (Maaseik) Algemeen kan men zeggen dat het hier gaat om een kalf van ongeveer één jaar oud. [N 3A, 16; add. uit N 3A, 15] I-11
mannelijk kuiken haantje: hø̜nšǝ (Maaseik), hē̜nkǝ (Maaseik), hē̜nšǝ (Maaseik) [N 19, 41b; L A2, 507] I-12
mannelijk schaap bok: bok (Maaseik), buk (Maaseik), bōk (Maaseik) Het mannelijk schaap in het algemeen. Varianten van het woordtype hamel die voor "mannelijk schaap" zijn opgegeven, zijn naar het lemma ''gesneden mannelijk schaap'' (2.2.5) overgeheveld. [L 5, 30b; L 20, 22a; L 39, 44; L 6, 25; L B2, 319; JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 2, 46; A 4, 22a; Wi 12; AGV, m 3; R 3, 34; VLD; S, Q 105 add.; monogr.] I-12
mannelijke duif hoorn: hoeren (Maaseik), ū.rən (Maaseik), Nl. doffer.  hoern (Maaseik), mannetje: menke (Maaseik), menneke (Maaseik) Doffer. [Goossens 1b (1960)] || Duif, mannelijk. [ZND 39 (1942)] || Mannetje van de duif. || Mannetjesduif. [ZND 01 (1922)] III-3-2
mannelijke eend eender: ienjer (Maaseik), weender: wi.n ji̯ǝr (Maaseik), weenderd: wixnǝrt (Maaseik), wenderd: wēēnjert (Maaseik), wēnjǝrt (Maaseik), woerd: woêrt (Maaseik) [GV, K 2; L 1a-m; L 3, 3; L 14, 18; JG 1a, 1b, 2c; S 18; NE II, 55; Vld.; A 6, add.; monogr.]woerd, mannetjeseend [ZND 01 (1922)] I-12, III-4-1