e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maasniel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
tuierplaats tuier: tyi̯ǝr (Maasniel), tyǝr (Maasniel) Cirkelvormig stuk weiland dat een getuierde koe of geit kan afgrazen. [N 14, 72; monogr.] I-11
tuiertouw, tuierketting halsband: halsbantj (Maasniel), tuierzeel: tȳi̯ǝrzęi̯l (Maasniel) Het touw of de ketting waarmee men de koe of de geit aan de tuierpaal vastmaakt. [A 17, 20; N 3a, 14h; JG 1c, 2c; monogr.; add. uit N 14, 73b] I-11
tuimelen, over de kop gaan over de kop gaan: euve de kop gaon (Maasniel) het dubbele opbrengen van het oorspronkelijke bod op een veiling [tuimelen] [N 89 (1982)] III-3-1
tuingieter spuit: sjpuit (Maasniel) Hoe noemt u: de tuingieter waarmee men aangiet (broesgieter?) [N 74 (1975)] I-7
tuit dop: dop (Maasniel), toot: toet (Maasniel), tuit: letterelijk overgenomen  tèù.t (Maasniel), uitspraak l heure frans  tø͂ͅt (Maasniel) tuit van de waterketel van koper of ijzer en met hengsel en tuit [N 20 (zj)] III-2-1
tulband tulband: Syst. WBD  tulbandj (Maasniel), tölbantj (Maasniel) Tulband (redong, bont, bontekoek, turkse muts, sultan?) [N 16 (1962)] III-2-3
tureluur kureluut: kuureluut (Maasniel) tureluur III-4-1
tussenpersoon makelaar: maikeleer (Maasniel) een tussenpersoon in de handel (van producent naar winkelier) [makkeljon] [N 89 (1982)] III-3-1
tweede klaveroogst tweede snid: twēdǝ šnē.t (Maasniel) In verband met de benamingen voor nagras is de informanten ook gevraagd of ze een specifiek woord kenden voor de tweede klaveroogst; hier zijn alleen de opgaven opgenomen die afweken van die voor ''nagras''. [N 14, 128c] I-3
tweede verkoping toeslag: toesjlaag (Maasniel) de tweede verkoping i.v.m. een openbare verkoping van onroerende goederen, waarbij wordt afgemijnd [de toeslag?] [N 21 (1963)] III-3-1