e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q095p plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ruzie maken enselen: ensələ (Maastricht), ruzing maken: rēūjzin-g máákə (Maastricht), ruizing maakə (Maastricht), ruizing make (Maastricht, ... ), ruizing mààkə (Maastricht), ruizing reuke (Maastricht), rözing maakə (Maastricht), vreigelaar (zn.): vrijgeleer (Maastricht) het niet eens zijn en ruzie maken over kleinigheden, door wederzijds gebrek aan inschikkelijkheid vooral gezegd van kinderen [stechelen, sechelen, aantelen, akkenaaien, naarswaar-zen, grendelen, stensen, keken, kibbelen] [N 85 (1981)] || ruzie maken [kakelen, puken] [N 85 (1981)] || ruzie maken en daarbij gebruik maken van handen, armen en benen [kempen, kebberen, vechten] [N 85 (1981)] III-3-1
saai saai: sāj (Maastricht) Lichte, gekeperde wollen stof. [monogr.] II-7
sabbelen knauwelen: knaawwele (Maastricht), sabbelen: sabbele (Maastricht), zauwelen: zāwwele (Maastricht), zuiken: zoeke (Maastricht) sabbelen, bijv. op een grassprietje [sebbele, zabbere, zeewere] [N 10 (1961)] III-2-3
sacramentsaltaar rustaltaar: rösaltaar (Maastricht), sacramentsaltaar: sacreminsaltaar (Maastricht), sakkerminsaltaor (Maastricht), sakremintsāltaor (Maastricht), sàkrəminsàltaor (Maastricht), t sacremintsaltoar (Maastricht), sacramentskapel: sakkermintskapel (Maastricht) Het sacramentsaltaar (in grote kerken), een afzonderlijk altaar waarop zich het tabernakel met de H. Hosties bevindt. [N 96A (1989)] III-3-3
sacramentsdag sacramentsdag: Sacremints-daag (Maastricht), sacremintsdaag (Maastricht), Sakkremintsdaag (Maastricht), Sakremintsdaag (Maastricht), sakremintsdaag (Maastricht), sàkrəmintsdaag (Maastricht) Donderdag na de eerste zondag na Pinksteren, Sacramentsdag [papkêrremes, Vroonlaichnaam]. [N 96C (1989)] III-3-3
sacramentshuisje sacramentshuisje: sakramintshuiske (Maastricht), tabernakel (<lat.): tabbernakel (Maastricht), tabernakel (Maastricht), tābernaakel (Maastricht) Het sacramentshuisje, een vrijstaande of in de muur uitgespaarde kast waarin de geconsacreerde Hosties bewaard worden. [N 96A (1989)] III-3-3
sacramentsprocessie grote processie (<lat.): groete percessie (Maastricht), processie (<lat.): persessie (Maastricht), sacramentsprocessie (<lat.): de sacremints-prócessie (Maastricht), sacramintsprocessie (Maastricht), sakremintspersessie (Maastricht), sàkrəmintspərsessie (Maastricht) De processie die op Sacramentsdag wordt gehouden: Sacramentsprocessie, grote processie. [N 96C (1989)] III-3-3
sacramentsweek sacramentsweek: sacraments-week (Maastricht) Een sacramentenweek (iedere dag wordt een ander sacrament behandeld en daarbij passende geestelijke oefeningen gehouden]. [N 96B (1989)] III-3-3
sacristie sacristie: de sacristij (Maastricht), sacristie (Maastricht), sakkerstij (Maastricht), sakkerstijj (Maastricht, ... ), sakkresty (Maastricht), sakrestei (Maastricht), sakristij (Maastricht), sakristijj (Maastricht), sàkristie (Maastricht) Het tegen de kerk aangebouwde vertrek of gebouwtje, waar de priester en de dienaren zich voor de dienst gereedmaken [gerfkamer, sakristij, sacristie?]. [N 96A (1989)] III-3-3
salamander salamander: salamander (Maastricht) salamander [DC 07 (1939)] III-4-2