e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Maastricht

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gele voederwortel voederwortelen: vǫi̯ǝrwǫrtǝlǝ (Maastricht) Daucus carota L. In de genoemde vragenlijst is gevraagd naar twee variëteiten naast de algemene benaming winterwortel die in het vorige lemma ter sprake kwam. Hier is alleen opgenomen hetgeen afwijkend is van lemma Winterwortel. Lobbericher naar het Rijnlands dorpje Lobberich. [N Q, 6b; monogr.] I-5
gelegerd bier bier: bier (Maastricht), gelagerd bier: gǝlāgǝrt bēr (Maastricht), uitgegist bier: ūtgǝges bēr (Maastricht) Bier dat de nagisting heeft ondergaan. [N 35, 84; monogr.] II-2
gelezen mis leesmis: leesmès (Maastricht, ... ), stille mis: `n stèl mès (Maastricht), stil mès (Maastricht), stèl mès (Maastricht, ... ), stèlmès (Maastricht) Een gelezen, stille mis [lèèsmis, sjtil mès?]. [N 96B (1989)] III-3-3
gelijken (op) gelijken: gelieke (Maastricht, ... ), gelīēke (Maastricht), gəliekə (Maastricht, ... ), ⁄t geliekend (Maastricht), gelijkenen: gəliekənə (Maastricht), herinneren: herinnere (Maastricht), lijken: lieke (Maastricht, ... ), liekend (Maastricht), līēkə (Maastricht), lĭĕkə (Maastricht), lĭékə (Maastricht), líékə (Maastricht), ps. toegevoegd!  lieke (Maastricht), lijken op: lieke op (Maastricht), liekə op (Maastricht), lijkenen: liekene (Maastricht, ... ), liekent (Maastricht), liekənə (Maastricht, ... ), līkənə (Maastricht), op een gelijken: op é gelieke (Maastricht), schijnen: sjijne (Maastricht), sjijns (Maastricht), sjijnə (Maastricht), tonen: tuijnə (Maastricht), tuine (Maastricht, ... ), tuint (Maastricht), trekken: trèkke (Maastricht), trékkə (Maastricht), uiterlijk: uuterlik (Maastricht) aan het genoemde doen denken, lijken, schijnen [tonen, lijken] [N 91 (1982)] || gelijken [ZND 25 (1941)] || in vele opzichten overeenkomen (bijv. uiterlijk) [lijken, gelijken, trekken] [N 91 (1982)] || lijken op III-4-4
gelijkspelen gelijk op spelen: gəlīk oͅp sp"lə (Maastricht), quitte spelen: kiet speulen (Maastricht), kīt spÚ"lə (Maastricht) Quitte spelen, niet verliezen maar ook niet winnen [zijn zaad hebben, tot zijn zaad zijn, gelijk spelen, gelijk staan]. [N 88 (1982)] III-3-2
gelofte gelofte: gelofte (Maastricht, ... ) Een gelofte [t jelübde]. [N 96D (1989)] III-3-3
geloftegeschenk ex-voto (<lat.): ex voto (Maastricht), nen ex-voto (Maastricht), èksvootoos (Maastricht), get in de offerblok doen: gèt in den offerblok doen (Maastricht) Een geloftegeschenk, beloftegift uit dankbaarheid voor een verkregen gunst of voor de genezing van een kwaal, een ex-voto. [N 96C (1989)] III-3-3
geloof geloof: geloof (Maastricht, ... ), geluif (Maastricht), gəlo:wf (Maastricht), gəlouf (Maastricht) Geloof. [ZND 01 (1922)] || Het geloof [gloof, geloeëf, geleuf]. [N 96D (1989)] III-3-3
geloofd zij jezus christus christelijke groet: de christelijke groet (Maastricht), geloofd zij jezus christus: Geloof zij Jezus Chrisus (Maastricht), geloof zèj jezus christus (Maastricht), laat voor ons beden tot onze-lieve-heer, in alle eeuwigheid amen: laote veer us beije tot slivenier, in alle iewigheid. amen (Maastricht) De Christelijke groet, uitgesproken op niet-liturgiosche bijeenkomsten ["Geloofd zij Jezus Christus...in alle eeuwigheid. Amen"]. [N 96B (1989)] III-3-3
geloven geloven: geluive (Maastricht, ... ), gəloej:və (Maastricht), gəlöj:və (Maastricht), gəlö‧ivə (Maastricht, ... ) Geloven [gleuve, geluuëve, gluive]. [N 96D (1989)] || Geloven. [ZND 01 (1922)], [ZND 35 (1941)], [ZND m] III-3-3