e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Martenslinde

Overzicht

Gevonden: 1904
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kraanvogel kroenekraan: kru:nəkroͅ:n (Martenslinde), krūnəkrōͅn (Martenslinde) kraanvogel [ZND 01 (1922)] III-4-1
krabben krabben: krabə (Martenslinde), kretsen: krētsə (Martenslinde) krabben [ZND 01 (1922)] III-1-2
krant gazet (<fr.): gəzet (Martenslinde) krant [ZND 17 (1935)] III-3-1
krassen bekretsen: bekretse (Martenslinde), kwaken: kwākə (Martenslinde) krassen [ZND 01 (1922)] III-4-4
kreeft kreeft: ook in ZND 28, 048  kriëf (Martenslinde) kreeft [ZND 01 (1922)] III-2-3
krekel krekel: krīkəl (Martenslinde) krekel [ZND 01 (1922)] III-4-2
krentenbrood krentenkoek: verzamelfiche ook mat. van ZND 1 (a-m)  krentekoek (Martenslinde), krentenmik: verzamelfiche ook mat. van ZND 1 (a-m)  krentemik (Martenslinde), krentəmik (Martenslinde) krentenbrood [ZND 28 (1938)] III-2-3
kreunen kermen: kaimə (Martenslinde) kreunen [ZND 01 (1922)] III-1-4
kreunen van de pijn kuimen: kai̯mə (Martenslinde), lamenteren: lammertíəd (Martenslinde) hij kreunt van de pijn [ZND 28 (1938)] || kreunen [ZND 01 (1922)] III-1-2
kribbebijter kribbebijter: krebǝbē.tǝr (Martenslinde) Nerveus paard dat met de snijtanden in de kribbe of op een ander hard voorwerp bijt, de lucht hoorbaar naar binnen zuigt en kreunt. Dit leidt dikwijls tot indigestie. Een kribbebijter is te herkennen aan de sterke afslijting van de wrijfvlakken, vooral aan de voorrand der snijtanden. Een kribbebijter zuigt wel lucht op; het woord is echter geen synoniem van windzuiger (4.4.5). [JG 1a, 1b; A 48A, 41b; N 8, 62o en 84f; add. uit N 52] I-9