e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q204a plaats=Mechelen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
krant gazet (<fr.): gezet (Mechelen) krant [SGV (1914)] III-3-1
krassen kratsen: kratse (Mechelen) krassen [SGV (1914)] III-4-4
kreeft kreeft: krêjfte (Mechelen) kreeft [SGV (1914)] III-2-3
krekel krekel: niet precies als in t Holl.  krekel (Mechelen) krekel [SGV (1914)] III-4-2
krentenbol krentenbroodje: krintebrödje (Mechelen, ... ), Syst. WBD  krintebreudje (Mechelen), krentenweggetje: Syst. WBD  krintewékske (Mechelen) Krentenbroodje, krentenbol (krintenbol, briosj, krennee, krennie?) [N 16 (1962)] III-2-3
krentenbrood krentenbrood: krintebroead (Mechelen), krintebrujd (Mechelen), krentenmik: krintemik (Mechelen), Syst. WBD  krintemik (Mechelen) krentenbrood [SGV (1914)] || Krentenbrood (krintemik, kramiek, beezenbrood, rezienemik, lippert, pruukesweg?) [N 16 (1962)] III-2-3
kreunen kermen: kerme (Mechelen) kreunen [SGV (1914)] III-1-4
kreupel zijn lam: lām (Mechelen) [JG 1a; N 8, 62k en 94f] I-9
kreupele stijl kapstijl: kapštil (Mechelen), kreupele stijl: krøpǝlǝ štil (Mechelen) Stijl die het spantbeen steunt en rust op de zolderbalk. De kreupele stijl voorkomt dat het gebint kan vervormen. Zie ook afb. 49f. [N 54, 154; monogr.] II-9
kribbebijter kribbebijter: krebǝbītǝr (Mechelen) Nerveus paard dat met de snijtanden in de kribbe of op een ander hard voorwerp bijt, de lucht hoorbaar naar binnen zuigt en kreunt. Dit leidt dikwijls tot indigestie. Een kribbebijter is te herkennen aan de sterke afslijting van de wrijfvlakken, vooral aan de voorrand der snijtanden. Een kribbebijter zuigt wel lucht op; het woord is echter geen synoniem van windzuiger (4.4.5). [JG 1a, 1b; A 48A, 41b; N 8, 62o en 84f; add. uit N 52] I-9