e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q099p plaats=Meerssen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rentmeester rentmeester: rèntmeister (Meerssen) rentmeester [SGV (1914)] III-3-1
rest in het glas klatsje: kletske (Meerssen) restje; Hoe noemt U: Kleine hoeveelheid bier onder in een glas (kletske) [N 80 (1980)] III-2-3
restant vissen fuik: foek (Meerssen), net: net (Meerssen), snoek: sjnook (Meerssen), snoek (mv.): sjneuk (Meerssen) fuik [SGV (1914)] || snoek [SGV (1914)] || visnet [SGV (1914)] III-4-2
restant vogels jonge meelders: jong meelders (Meerssen), jonge spreeuwen: jong sprieuve (Meerssen), spreeuwtje: schprie-èfkes (Meerssen), sjpréwke (Meerssen), vliegen: vleege (Meerssen), wijfje: wiefke (Meerssen) jong van de merel [DC 06 (1938)] || jong van de spreeuw [DC 06 (1938)] || vliegen [SGV (1914)] || vrouwelijke merel [DC 06 (1938)] III-4-1
restant zoogdieren das: das (Meerssen, ... ), des (Meerssen), tam: taam (Meerssen), wild: wild (Meerssen) das [DC 07 (1939)], [SGV (1914)] || tam [DC 19 (1951)] || wild [SGV (1914)] III-4-2
retraitant retraitant: retraitant (Meerssen) Iemand die aan een retraite deelneemt, retraitant. [N 96B (1989)] III-3-3
retraite retraite (fr.): retraite (Meerssen) Enige dagen van geestelijke afzondering en gebed in een klooster of een daarvoor bestemd huis [retraite?]. [N 96B (1989)] III-3-3
retraitehuis retraitehuis: retraitehoes (Meerssen) Een huis of inrichting waar retraites worden gehouden, retraitehuis. [N 96B (1989)] III-3-3
reuzel, bladvet reuzel: reuzel (Meerssen) reuzel [SGV (1914)] III-2-3
revers revers: rǝvē̜r (Meerssen), revers (fr.): revéér (Meerssen) de omslag van de kraag op de borst (revers?) [N 59 (1973)] || De omslag van de kraag op de borst. [N 59, 124; N 62, 31d; MW] II-7, III-1-3