e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meerssen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
scheerapparaat scheerapparaat: sjeerapperaat (Meerssen), ’t sjeerapperaat (Meerssen) Electrisch scheerapparaat [DC 64 (1989)] || Ik scheer me niet meer nat, ik neem liever ... (het electrisch scheerapparaat). [DC 64 (1989)] III-1-3
schei scheien: šęi̯ǝ (Meerssen) Elk van de houten balkjes die de berries verbinden en scheiden en zo de berries evenwijdig houden. Deze balkjes worden door openingen in de berries gestoken en door middel van spieën stevig vastgezet. Het aantal scheien van een kar is afhankelijk van de lengte van de berries. Een hoogkar heeft bijgevolg meer scheien dan een stortkar. [N 17, 24 + 40; N 8, 106; N G, 56e + 58a; JG 1a, JG 1b; monogr] I-13
schelden, schimpen chicaneren (<fr.): sjokkeneere (Meerssen), schampen: sjampe (Meerssen), schelden: sjelle (Meerssen), sjélle (Meerssen) schelden [DC 47 (1972)], [SGV (1914)] || schimpen [SGV (1914)] III-1-4
schelm schelm: sjelləm (Meerssen) schelm [DC 11] III-1-4
schemeren van de ogen schemeren: sjemere (Meerssen) schemeren voor de ogen, sterretjes zien [mijn oogen schiemere] [N 10 (1961)] III-1-1
schemering, valavond schemer: sjêêîmer (Meerssen) schemering [SGV (1914)] III-4-4
schenkel schenkel: sjinkel (Meerssen) schenkel [SGV (1914)] III-2-3
scheren scheren: sjeere (Meerssen) scheren [DC 38 (1964)] III-1-3
scherp kijken scherp loeren: sjèrp lōēre (Meerssen) kijken: scherp kijken [miere, blieke] [N 10 (1961)] III-1-1
scherpe boterbloem boterbloem: WLD (voor oorspronkelijke gegevens, zie vragenlijst L 292)  boterbloom (Meerssen) Scherpe boterbloem (ranunculus acris 20 tot 90 cm groot. De stengels zijn behaard; de bladeren zijn handvormig gedeeld of gespleten met gelobde slippen, ze zijn langgesteeld, tevens behaard; de bloemen zijn vrij groot, met ronde steeltjes en zijn goudge [N 92 (1982)] III-4-3