| 21006 |
prei |
poor:
poeər (L424p Meeswijk, ...
L424p Meeswijk),
pōe.r (L424p Meeswijk),
pōər (L424p Meeswijk)
|
[Goossens 1b (1960)] [ZND 05 (1924)] [ZND 15 (1930)]prei
I-7
|
| 22687 |
prent(je) |
beeld(je):
beeldje (L424p Meeswijk),
bē.lt (L424p Meeswijk),
prent(je):
Ee(n) boek met prenten.
prènt (L424p Meeswijk)
|
Beeld: 2. Prentje, inz. met religieus motief erop. || Een plaatje, prentje, afbeelding [beeldeke]. [N 90 (1982)] || Prent: 1. Afdruksel, plaat.
III-3-2
|
| 21206 |
prentbriefkaart |
zichtkaart:
zichtkaart (L424p Meeswijk)
|
een briefkaart waarop aan een zijde een afbeelding is afgedrukt [prentbriefkaart, zichtkaart, kaartbrief] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 28890 |
priem |
priem:
prēm (L424p Meeswijk, ...
L424p Meeswijk)
|
Puntig werktuig dat bij het vlechten gebruikt wordt om openingen in het vlechtwerk te maken, zodat de opstaande wissen makkelijker in de bodem ingestoken kunnen worden. Zie ook afb. 273. [N 40, 49; monogr.] || Spits stalen werktuig met een houten handvat dat dient om gaatjes in het hout te steken op plaatsen waar een spijker of schroef moet worden bevestigd. Zie ook afb. 93. De priem wordt door de klompenmaker gebruikt om er koppelgaatjes mee te maken in de zijkant van klompen. Zie ook het lemma ɛkoppelgaatjeɛ in de paragraaf over de vaktaal van de klompenmaker.' [N 53, 183b; N 97, 110a; A 32, 2; monogr.]
II-12
|
| 22356 |
priktol |
dop:
dop (L424p Meeswijk),
De pin van enen dop wordt altijd maar korter.
doͅp (L424p Meeswijk, ...
L424p Meeswijk)
|
Dop**: 1. Tol. || Hoe noemt men een dergelijk stuk speelgoed dat in bezeging wordt gebracht met behulp van een touwtje dat er omheen wordt gedraaid? [priktol] [Lk 03 (1953)]
III-3-2
|
| 18927 |
proberen |
proberen:
prəbeerə (L424p Meeswijk)
|
beproeven
III-1-4
|
| 21722 |
proces |
proces (<lat.):
proces (L424p Meeswijk)
|
de zitting van een rechterlijk college waarin een overtreding of misdrijf onderzocht wordt, en waarin een uitspraak gedaan wordt [kwerel, audiëntie, proces, ordenantie] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 21515 |
proces-verbaal |
proces (<fr./lat.):
proces (L424p Meeswijk)
|
het geschreven woordelijke verslag van de toedracht van een overtreding [proces-verbaal, daas, nummer] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 17742 |
proeven |
proeven:
pr"və (L424p Meeswijk),
preuve (L424p Meeswijk)
|
proeven [pruuve, pruujve] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
| 19272 |
profiteren |
profiteren:
prófənteerə (L424p Meeswijk),
prófəteerə (L424p Meeswijk)
|
goed, nuttig gebruik maken van
III-1-4
|