24881 |
pinksterbloem |
lievevrouwehandje:
levəvroͅu̯ənɛnjtjə (L424p Meeswijk)
|
pinksterbloem
III-4-3
|
22732 |
pinstokken (voor de slee) |
pelen:
(vroegere benaming).
peele (L424p Meeswijk),
pikken:
pikke (L424p Meeswijk),
ps. is al omgespeld genoteerd!
pēkə (L424p Meeswijk)
|
pikstokken waarmee de kinderen een slee (waarop ze zitten) voortduwen [N 08 (1961)]
III-3-2
|
20060 |
pioen |
balroos:
balruəs (L424p Meeswijk, ...
L424p Meeswijk),
pinksterroos:
-
pinksterroos (L424p Meeswijk),
ook ZND 1 (a-m) en ZND 1u, 007
peinsterroes (L424p Meeswijk)
|
Ook mat. van ZND 15 (1930), 018 opgenomen [ZND 05 (1924)] || Pioen (Paeonia officinalis L.)
I-7, III-2-1
|
33570 |
pit van een steenvrucht |
kering:
kern
kēəreŋ (L424p Meeswijk)
|
pit ve vrucht
I-7
|
24974 |
plaats maken |
plaats maken:
plaats maken (L424p Meeswijk)
|
ruimte beschikbaar maken [plaats maken, schavelen] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
31730 |
plank |
plank:
plaŋk (L424p Meeswijk)
|
In het algemeen een stuk hout waarvan de breedte groter is dan de dikte en de lengte groter dan de breedte. Bij de timmerman heeft het woord plank daarnaast ook nog een meer specifieke betekenis. Het is doorgaans een geschaafd en van messing en groef voorzien stuk hout, dat vaak nog een bepaalde afmeting heeft, namelijk in de breedte tussen 10 en 17.5 cm (4 en 7 duim) en in de dikte tussen 2 en 2.5 cm (0.75 en 1 duim) (Van de Watering, pag. 13). Zoɛn zijdelingse groef in vloerplanken werd in Meeswijk (L 424) en Valkenburg (Q 101) een klik (klek) genoemd. Een ɛdeelɛ is een in de lengte uit een boomstam gezaagd, plat stuk hout, dat nog niet geschaafd is.' [N 50, 73k; N 50, 74b; L 33, 22; L 40, 56; monogr.]
II-12
|
32174 |
plank, legplank |
bred:
brēǝt (L424p Meeswijk),
schap:
šā.p (L424p Meeswijk)
|
Plank in een meubel, en dan met name in een kast. [N 56, 133; N 56, 149a; monogr.]
II-12
|
22734 |
plankmis |
poedel:
Van Dale: poedel, zn. (bij allerlei spelen) mislukte worp.
hij is pudəl (L424p Meeswijk)
|
Poedel: (Bij het kegelen) de worp is foutief.
III-3-2
|
24531 |
plant (alg.) |
plant:
pla.nt (L424p Meeswijk)
|
plant
III-4-3
|
24627 |
plantenstek |
bouture:
< fr. bouture;l stukje plant als aflegsel
buty(3)̄r (L424p Meeswijk)
|
aflegsel
III-4-3
|