e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L364p plaats=Meeuwen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kaal duivenjong kakjong: Van alle vogels.  kàGjoŋk (Meeuwen) Kaal duivejong. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
kaam schimmel: šemǝl (Meeuwen) Het wit gerimpeld of vlokkig vlies op wijn, bier, azijn, etc. dat wordt gevormd door een spruit- of gistzwam. [S 16; L 1 a-m; L 27, 53; monogr.] II-2
kaantjes kaaien: kūi̯iə (Meeuwen), kaantjes  kuje (Meeuwen), krappeltjes: Verwant aan krep (dunne stof) Mo bakde mich eine bògkeskook möt kreppelkes spek in  kreppelke (Meeuwen) gebraden stukje spek || kanen [Goossens 1b (1960)] || uitgebraden stukjes spek waarvan het vet is weggeschept III-2-3
kaars kaars: kars (Meeuwen) kaars [RND] III-2-1
kaarsendomper domper: doemper (Meeuwen), kaarsendomper: karsəndoͅmpər (Meeuwen) kaarsendomper, d.i. het metalen horentje waarmee de kaars uitgedoofd werd? [ZND 36 (1941)] || Kapje met een steel om een kaarsvlam te doven (dover, domper, domphoorn) [N 79 (1979)] III-2-1
kaart met prentje mannetje: menneke (Meeuwen) Een kaart met een prentje erop [beeld, pop, prentje]. [N 88 (1982)] III-3-2
kaarten (ww.) kaarten: ka:rtə (Meeuwen), /  kaarte (Meeuwen), Ss. kaartclub.  ka:rtə (Meeuwen) kaart spelen [SND (2006)] || kaarten [RND] || Kaarten: kaartspelen. III-3-2
kaarten bijnemen rapen: rapen (Meeuwen, ... ) Kaarten bijnemen [rafelen, fretten]. [N 88 (1982)] III-3-2
kaarten voor geld kaarten: kaarten (Meeuwen), tuisen: tuisen (Meeuwen) Kaartspelen voor geld [tuisen]. [N 88 (1982)] III-3-2
kaarten, een spelletje kaarten boom: bø.ym (Meeuwen) Boom: (in het kaartspel) een bepaald aantal spelen. III-3-2